103 29 april 1982 Spreker merkt op dat de verdeling van de schaarse ter beschikking staan- de woningen met deze verordeningen natuurlijk even moeilijk blijft. Inderdaad wordt de zaak naar buiten toe heel wat duidelijker. Het zal straks dan ook mogelijk zijn, als aan alle geregistreerde woningzoeken- den de pun-ten zijn toegedeeld, voor een ieder te bepalen hoe hoog zijn puntenaantal staat en dat men daaraan dan toch in zekere mate al kan aflezen hoe lang men nog zal moeten wachten. Er staan inderdaad 1000 woningzoekenden op de lijst, maar hierbij zijn ook degenen inbegrepen die woonwensen hebben, zodat het niet om 1000 daklozen gaat. Mevrouw Van der Pas heeft gevraagd of met de militairen toch wel bedoeld zijn degenen die vanuit het buitenland terugkeren na een langdurig dienst- verband. Dat is inderdaad de bedoeling. Een dienstplichtig militair die bijvoorbeeld enkele maanden in Duitsland gelegerd is geweest, valt dus niet onder deze kategorie. De vraag van mevrouw Van der Pas om de nadere voorschriften aan de raad voor te leggen is spreker niet duidelijk, want voor de nadere voorschrif- ten doet het college nu een voorstelWat betreft de folder zegt spreker dat het de bedoeling is dat zo begrijpelijk mogelijk de verschiliende ar- tikelen van deze verordening uiteen worden gezet. Het college heeft een voorbeeld gezien van de gemeente Haarlemmermeer. Het blijkt toch ook, als men de artikelen leest, zeker voor mensen die niet gewend zijn om ambte- lijke taal te lezen, dat men snel tot Verkeerde gevolgtrekkingen kan ko- men, vandaar dat het een duidelijke en voor ieder leesbare folder wil ma- ken. Spreker zegt dat artikel 11 niet wil zeggen dat van echt gescheiden personen daarmee duurzaam aan het arbeidsproces zijn onttrokken. Maarhij- kan zich wel voorstellen dat mensen die in een zodanige positie verkeren, profijt hebben van het niet hanteren van de eis van het economisch gebon- den zijn. Hetzelfde geldt voor remigranten en uit het buitenland terug- kerende militairen. Het gaat om de geest van het artikel en spreker meent dat daarover geen verschil van mening bestaat. Inzake de koopprijsquote stond de meerderheid van het college een andere tekst van artikel 7 voor,dan de gewestelijke tekst. Het was namelijk zo dat het gewest in het voorstel voor de koopwoningen die laatstelijk als huurwoning in gebruik waren, dezelfde quote wilde toepassen als hier in artikel 7 voor de huurprijs werden genoemd. AIs voorbeeld zegt spreker dat er in Heemstede nog aî wat oudere woningen zijn waarvan de huur thans niet hoger is dan f 300,--, waarvoor een zeer redelijke vraagprijs vanbij- voorbeeld f 125.000,-- geldt. Dat is in de markt van vraag en aanbod een alleszins acceptabele vraagprijs. Volgens het voorstel van de Haarlemse regeling zou zo'n woning van f 125.000,-- alleen maar gekocht kunnen worden door mensen die maximaal f 26.000,-- inkomen hadden. leder die een klein rekensommetje maakt met de rentestand van nu, zal het duidelijk zijn dat het absoluut onmogelijk is voor zo iemand de lasten op te brengen van een koopwoning van f 125.000,--. Dat was de reden voor de meerderheid van het college om te stellen dathet voorstel conform de regeling Haarlem geen reële zaak was en dat men dan die kostprijsquote beter eruit kan laten. Dat is de reden waarom nu de heer Borghouts een motie heeft ingediend om ook voor koopwoningen een quote vast te stellen. Alleen gaat het voorstel van de heer Borghouts veel ver- der dan de essentie van het oorspronkelijke gewestelijk voorsteldat zich beperkte tot de koopwoningen die op het moment dat het te koop werd aange- boden verhuurd waren. Een meerderheid van het college wil deze motie over- nemen indien deze wordt aangevuld met achter het woord "kocpwoning" de woorden: "welke voorheen als huurwoning in gebruik waren", ten tweede dat er bekeken zal worden of hier ook een ontheffingsregeling bijgevoegd zal

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1982 | | pagina 14