29 april 1982 114 van genieten. Deze zaak is al een hele tijd geleden begonnen. In het raadsvoors.tel wordt het jaar 1975 genoemd. Spreker gaat hierna in op de piannen, die sinds die tijd zijn gemaakt, de besprekingen die zijn gevoerd en de boe- ken die over Groenendaal zijn verschenen. In 1978 is het rapport met de teliingen verschenen. Het is inmidhels vier jaar later. Een hele raadsperiode is er voor nodig geweest om zo- ver te komen en gelukkig is de subsidiëring, voorzover die mogelijk was, doorgegaan. Het coliege heeft niet alleen een grote belangstelling en een heel wezenlijke inbreng van de kant van staatsbosbeheer ervaren.wat tevens betekende dat de gemeente alle mogelijke ruime armsiag heeft be- houden, maar die bovendien een heel positieve appreciatie inhieid van de wijze waarop de gemeente met dit renovatieplan bezig was. De heer Swellengrebelhoutvester, heeft inderdaad steeds ook in de werkgroep van zijn aanwezigheid biijk gegeven en zijn deskundige inbreng genad en hij is het ook geweest die steeds de mogelijkheden en de voorwaarden heeft geschapen dat de voortgang ongestoord kon plaatsvinden en dat 'de financiële konsekwenties voor de gemeente gunstig zijn gebleven. Procedureel is het wei aardig om te vermelden dat er 15 fasen zijn ge- weest in de behandeling van het plan. Vanavond is de laatste fase dat de gemeenteraad.het bosbeheersplan vaststelt. Ook het college is van oordeel dat de indeling van het boek bijzonder goed is. Het is een behoefte van het coliege om al degenen die hun in- breng hierin hebben gehad, dank te brengen. Er is gewezen op de relatie tussen het naaldbos en het loofbos. Tijdens de laatste commissieverga- dering is al gekonstateerd dat de verhouding, die in de stukken staat, vermoedelijk ten onrechte een wat scheef beeld heeft opgeroepen. Het îs niet zo dat er sprake van zou zijn of komen in de toekomst, dat het een kerstbomenbos wordt. In feite zal het zo zijn dat in de onderlinge ver- deling tussen naaldbcmen en ioofbomen een voor de oppervlakkige toe- schouwer nauw merkbare verandering komt. Wat betreft de varieteiten in de naaldbomen, zullen er dennen en sparren en larixen in vele soorten verschi jnen. Als men niets aan naaldbomen doet dan verdwijnen ze, en enkele naaldbomen redden het niet temidden van het loofwoud, dus wil men naaldbomeri in stand houden, dan moet men daar bepaalde piukken of partijen van maken, anders verdwijnt het helemaal. Men zal daar steeas mee bezig moeten zijn, want doet men niets dan gaat het bos wel door met verandcren, al gaat het langzaam. Het gaat'er dus om de gevarieerdheid in stand te houden en niet om het bos een ander karakter te geven. Wat betreft het hondenvrije gebied is er door de frakties een voorkeur uitgesproken voor het zuidelijk stuk, alsmede door twee frakties voor een vergroting van het hondenvrije gedeeite tot aan de Sparrenlaan. Spreker heeft niet gehoord hoe de VVD-fraktie daar teaenover staat. De heer Arnoldy deelt mede dat zijn fraktie volledig akkoord gaat met de mutatie. Wethouder Reeringh voegt daaraan toe, dat ook het college aaar geen en- kel probleem mee heeft, zodat men het voorstel aldus mag lezen. Het be- langrijkste argument is dat goede kontrole op naleving van de hondenvrije zone in het zuidelijk gedeelte het beste mogelijk is. Kontroie in het noordelijk stuk op de hondensituatie biedt heel weinig mogelijkheden Dat is ook door staatsbosbeheer en ook van de zijde van de politie nog eens naar voren gebracht.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1982 | | pagina 25