4e afd. 24 juni 1982 68 a, b
WIJZIGING EN VERLENGING REGELING GEWEST KENNEMERLAND
Heemstede, 1 juni 1982.
Aan de raad,
De Kennemerraad heeft op 21 april j.l. besloten tot enkele wijzigingen
van de Regeling Gewest Kennemerland. Tevoren was o.m. aan de colleges
van burgemeester en wethouders van de deelnemende gemeenten gevraagd hun
opmerkingen met betrekking tot wijziging van de regeling kenbaar te rnaken.
De ingekomen reakties liggen voor u ter inzage.
In zijn inleiding tot het voorstel aan de Kennemerraad heeft het dagelijks
bestuur het volgende opgemerkt.
"Voor een goed begrip van de huidige situatie gaan wij er vanuit dat het
belang van de samenwerking van de 6 gewestgemeententot uitdrukking ko-
mend in de gemeenschappelijke regeling gewest Kennemerlanddoor alle
deelnemende gemeenten wordt onderschreven.
Deze samenwerking zelf staat derhalve thans niet ter diskussie.
Wel zullen wij ons verdiepen in de vraag in hoeverre het karakter van het
gewest als samenwerkingsorgaan dat ten dienste van de deelnemende gemeen-
ten staat bijstelling behoeft, of, indien noodzakelijkdit kan krijgen.
Een vertrouwensrelatie tussen het gewest en de deelnernende gemeenten is
daarbij essentieel
Een (her)bezinning op deze relatie is des te meer noodzakelijk nu de dis-
kussie over de toekomstige bestuurlijke organisatie van ons land zovrel
regionaal als landelijk, zij het met horten en stoten, in gang is. Binnen
afzienbare tijd zalzo verwachten wij, ook de Wet Gemeenschappelijke Re-
gelingen, oorspronkelijk het sluitstuk van de bestuurlijke organisatie,
een wijziging ondergaan. Nu zalnaar het zich laat aanzien deze wet een
meer zelfstandige funktie krijgen. Hoezeer ook de toekomstige betuurlijke
organisatie nog onduidelijk is, met zekerheid valt te constateren dat in
de afgelopen tijd overeenstemming is gegroeid over het niet-wensel ijk zi jn
van een gewest als vierde bestuurslaag. Evenzeer is echter overeenstemming
gegroeid over de blijvende noodzaak tot samenwerking van gemeenten en over
het karakter van deze samenwerking: gewestelijke samenwerking zal geënt
moeten blijven op de taken en bevoegdheden van de gemeenten en zal dan ook
gestoeld moeten blijven op de bereidwilligheid tot samenwerking van deze
-1-