4e afd. 27 januari 1983 6
BESCHIKBAARSTELLING BEDRAG PER LEERLING VOOR HET OPENBAAR LAGER ONDERWIJS
VOOR 1983
Ingevolge artikel 55 bis van de Lager-onderwijswet 1920 dient jaarlijks
door de raad het bedrag te worden vastgesteld dat per leerling voor de
openbare lagere scholen beschikbaar wordt gesteld voor de bestrijding
van de materiële exploitatiekosten.
Gelet op het te verwachten aantal leerlingen op de openbare lagere scho-
len en de in de gemeentebegroting vermelde ramingen, kan het bedrag per
leerling voor 1983 worden vastgesteld op 678,18 exclusief administratie-
kosten.
Hierbij merken wij voor de volledigheid op dat dit bedrag vermeerderd met
het bedrag voor adrainistratiekosten - jaarlijks vastgesteld door de staats-
secretaris van onderwijs en wetenschappen - doorbetaald moet worden aan
het bijzonder onderwijs. Het bedrag voor administratiekosten wordt voor
1983 geraamd op basis van het thans voorlopig vastgestelde bedrag voor
1982, dit is 38,35.
Het bedrag per leerling is 47,23 hoger dan in 1982; het totaal van de
uitgavenposten is hoger en het aantal leerlingen is lager dan vorig jaar.
Een aantal posten is lager geraamd dan vorig jaar, te weten, instandhou-
ding schoolgebcuwen (inclusief dijk- en polderlasten)aanschaffing en
onderhouden van schoolboeken, leermiddelen en schoolbehoeften en de post
schoolbibliotheken. Hier tegenover staan de volgende posten die hoger zijn
geraamd: verlichting, verwarming en schoonhouden en andere uitgaven ter
verzekering van de goede gang van het onderwijs.
De schoolraad stemt in met de samenstel1ing van het bedrag per leerling.
Onder aanbieding van een ontwerp-besluit stellen wij u voor het bedrag
per leerling voor 1983 vast te stellefî.
Burgemeester en wethouders van HEEMSTEDE,
De secretaris, De burgemeester,
W.H. van den Hoek. O.R. van den Bosch.
Heernstede, 4 januari 1983.
Aan de raad,