3 4e afd. 27 januari 1983 8 voorzover deze uitoefening reeds piaats-vond op het tijdstip van u inwerkingtreding van dit besiuit en één en ander bovendien be- treft niet-afgedankte landbouwvruchten en produkten; 2. binnen de erven van bedrijfsgebouwen en woningen: het opslaan of deponeren buiten de gebouwen van één of meer aan I hun gebruik onttrokken machines, voer- of vaartuigen, aismede het I opslaan van gerede of onklare machines, voer- of vaartuigen, dan wel het aanleggen of inrichten van opslagplaatsen daarvoor; d. het aanieggen of inrichten van sport-, wedstrijd- of speelterreinen, banen, kampeer- of caravanterreinen, dagcampings, lig- of speelweiden, I zwemgeiegenheden en baad- of speelvijvers; e. het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse leidingen, construc- tiesinstaliaties of apparatuur, met uitzondering van erfscheidingen met een maximale hoogte van 75 cm; onder leidingen, constructies, instai-l laties of apparatuur worden mede begrepen recreatieve voorzieningen met 1 uitzondering van eenvoudige voorzieningen als een bank, afvalbak of weg-B wijzer; onder leidingen, constructiesinstaliaties en apparatuur worderl niet begrepen voorzieningen, die noodzakelijk zijn voor of verband hou- den met het beheer, gericht op de instandhouding van de landschappelijkJ of natuurwetenschappelijke waarde van de gronden, of noodzakeiijk zijn voor of verband houden met de uitoefening van het bosbedrijf, dan wei de uitoefening van het agrarisch bedrijf, indien en voorzover deze uit- oefening reeds plaats.vond op het tijdstip van inwerkingtreding van dit 1 besluit; f. werken of werkzaamheden ten behoeve van of verband houdend met de op- richting of piaatsing van - al dan niet aan hun bestemming onttrokken - voer- of vaartuigen, arken, caravans en iivingvans voorzover dezeniet; ais bouwwerken zijn aan te merken, als ook tenten; g. het aanieggen of inrichten van havens of centra voor de watersport en het aanbrengen of aanleggen van oeverbeschoeiingen, van kaden of van aanlegplaatsen voor boten; h. werken of werkzaamhedenwelke wijzigingen van de waterhuishouding of de waterbestand beogen of tengevolge hebben; ihet velien, rooien of beschadigen van houtgewas anders dan bij wijze van verzorging, met dien verstande dat geen aanlegvergunning is ver- eist met betrekking tot bossen en andere houtopstanden, welke deei uitmaken van bosbouwondernemingen, die als zodanig bij het Bosschap_2_ I

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1983 | | pagina 41