17
zij vooralsnog geen uitbreiding van de commissie voor sport en re-
creatie met niet-raadslêden voorstaat;
zij vöör het oprichten van een B.V. is welke de sportfaciliteiten
zal beheren; zij had bedenkingen tegen het aanstellen van een advi-
seur als representant van de gebruikers, hetgeen inmiddels is onder-
vangen;
- zij waar mogelijk vôör inpassing van het personeel van het bureau
van de Sportstichting in de gemeentelijke organisatie is;
- zij vöör benoeming van een ambtenaar sportzaken is;
- zij in positieve zin de voorstellen van het college afwacht tot in-
stelling van een begeleidingscommissie voor het personeel
- zij instemt met de concept huur- en exploitatieovereenkomst d d
10 januari 1983.
De heer De Bruijn brengt naar voren dat het gereedkomen van het mul
tifunktionele sportkomplex de diskussie over het funktioneren van de
Heemsteedse Sportstichting in een versnelde en beslissende fase heeft
gebracht. Dat was ook wel nodig, want die diskussie had in de herfst
van 1980 afgerond moeten zijn. Het college heeft dat funktioneren en
het gereedkomen van het sportkomplex met elkaar in verband gebracht
en bezien tot welke konklusies één en ander zou leiden. Het resultaat
ligt thans ter tafel. De eerste indruk is dat er een nogal ingrijpend
voorstel wordt gedaan. Het voorstel behelst in het kort: het in be-
heer geven van de sportakkonmodatiesdoch zonder de jachthavens, aan
een plaatselijk besloten vennootschap, die speciaal voor dit doel in
het leven zal worden geroepen, met als bestuur een raad van beheer
en het opheffen van de Heemsteedse Sportstichting. Tenminste één
van de leden van sprekers fraktie was in het begin nogal gefascineerd
do°r de woorden in de allereerste stukken, welke woorden ook in dit
raadsvoorstel zijn opgenomen, dat bij éën van de andere vormen van
beheer, naroelijk een commissie artikel 61 Gemeentewet, het accent
ligt op het bevorderen van een democratische besluitvorming en wel
voornamelijk op beleidsniveau. Welke rechtgeaarde democraat gaat bij
zulke woorden niet rechtop zitten? Maar bij nader inzien blijkt deze
andere konstruktie om twee redenen toch wat minder qlans te hebben.
Ten eerste blijkt uit het allereerste stuk, dat het college die ar-
tikel 61-comnissie als volgt wilde doen samenstellen: 2 leden aan te
wijzen door en uit de raad, 2 leden aan te wijzen door en uit de ge-
bruikers van de komplexen en 1 lid aan te wijzen door en uit het
college van burgemeester en wethouders.
Als men nu denkt aan de samenstel1ing van de raad van beheer van de
vennootschap, zoals die in de exploitatie- en huurovereenkomst is op-
genomen, aan vindt men nauwelijks verschil. In de raad van beheer zul-
len zelfs 2 leden van het college zitting nemen. Dus, wat de democra-
tische besluitvorming betreft, zou de raad van beheer een artikel 61-
corannssie kunnen zijn. Ook wat de financiële kant van de gekozen be-
heersvorm betreft vindt dat alles via de normale wegen van de demo-
cratie plaats, op dezelfde wijze als ten aanzien van de Heemsteedse
Sportstichting geschiedde. Het is dan ook niet denkbaar dat er uit
democratisch oogpunt bezwaren tegen de gekozen beheersvorm zouden be-
staan.
Ten tweede staat er verder in het allereerste stuk; dat die besluit-
vorming voornamelijk zou liggen op beleidsniveau. Welnu, en dat is
welhcht de zwakke zijde van zo'n commissie, het accent wat het be-
heersrnveau betreft ligt blijkbaar niet bij een artikel 61-conwissie,
27 januari 1983