4e afd. 24 februari 1983
TOELICHTING OP DE VERORDENING TOT BESTRIJDING VAN HELING.
15
Artikel 1.
De in artikel 437 van het Wetboek van Strafrecht genoemde opkopers, zo-
als de goud- en zilversmid, de kashouder, de horlogemaker en de rijwiel-
handelaar, zijn hier gemakshalve gebundeld in één begrip: de ondernemer.
In dit verband zij volledigheidshalve nog gewezen op artikel 90 bis van
het Wetboek van Strafrecht. Dit artikel geeft een definitie van het -
ook in artikel 437 voorkomende - begrip "opkoper". Een opkoper is hij,
aldus deze definitie, die van opkopen een beroep of een gewoonte maakt.
Deze begripsomschrijving zegt niets over de vraag, wat nu onder "opkopen"
moet worden verstaan. De wet zwijgt daar verder ook over.
De memorie van toelichting biedt daarentegen wel enig houvast. Daarin
wordt "opkopen" omschreven als: het kopen van gebruikte of ongeregelde
goederen of het kopen van goederen buiten de geregelde handel (d.w.z.
van willekeurige onbekende personen, van anderen dan geordende leveran-
ciers of handelaars), zulks met het kennelijke doel met die goederen
handel te drijven. En zij die deze aktiviteiten beroepshalve of bij wij-
ze van gewoonte verrichten, kunnen als opkopers in de zin van het Wetboek
van Strafrecht worden beschouwd.
Behalve de in artikel 437 van dat wetboek genoemde personen vallen daar-
onder bij voorbeeld ook: de handelaar in tweedehands auto's en de anti-
quair.
Artikel 2.
De ondernemer is verplicht in het in artikel 437 van het Wetboek van
Strafrecht genoemde register aantekening te houden van alle door hem ge-
kochte of op andere wijze verkregen goederen. Verder moet hij de door hem
betaalde koopprijs of andere voorwaarden van verkrijging erin vermelden,
alsmede de naam en het adres van degene van wie of uit wiens handen de
goederen zijn verkregen. Deze (wettelijke) eisen zijn terug te vinden
in artikel 2 van de verordening (zie met name de onderdelen d en e).
Voor een slagvaardige bestrijding van de heling is het daarnaast van be-
lang dat de ondernemer in het register aantekent aan wie hij de door hem
verkregen goederen weer heeft verkocht (onderdeel h). Hetzelfde geldt
voor de verkoopprijs of andere voorwaarden waartegen hij de goederen van
-5-