26
Via ae diverse media zult u reeds kennis hebben genomen van de beleids-
voornemens van de regering om te komen tot een nieuwe regeiing van de
financiële verhouding tussen het rijk en de gemeenten. Die voornemens
zijn vervat in de ontwerp-financiële verhoudingswet 1984, ter vervan-
ging van de huiaige financiële verhoudingswet 1960. De ontwerp-wet is
inmiddels de Tweede Kamer ter behandeling aangeboden. Het is de bedoe-
ling van de regering de nieuwe regeling met ingang van het jaar 1984
in werking te doen treden.
Ten opzichte van de huidige situatie bevat hetvjetsontwerp een aantal
noodzakelijke verbeteringen. Wij noemen in dit verband de wettelijke
regeling van de specifieke uitkeringen (dat zijn uitkeringen uit
's rijks kas van één of meer gemeenten, waarvan de bestedingsrichting
vooraf is aangegeven of die worden verstrekt voor de bestrijding van
de kosten van bepaalde taken of aktiviteiten)Overheveling van de spe-
cifieke uitkeringen naar het Gemeentefonds ondersteunen wij zeker als we
beaenken, dat het aantal specifieke uitkeringen circa 537 bedraagt.
Zoals u bekeria bestaan de gemeentelijke inkomsten - blijkens C.B.S. -
publikaties voornamelijk uit de volgende bronnen: (toestand 1980)
a. uitkering uit het gemeentefonds circa 32,3%
b. inkomsten uit eigen belastingen en heffingen circa 5,8%
c. specifieke uitkeringen circa 61,9%
Thans constateren we dat de nieuwe verdeelsleutei voor de algemene uitke-
ring daarentegen - als het ontwerp tot wet wordt verheven - desastreuze
financiële gevolgen voor de meeste gemeenten zai hebben, zo ook voor
onze gerneente.
Vele gemeenten hebben irimiddels gereageerd onder meer door het aanvaar-
aen van moties, het aanschrijven van de VNG, de Tweede Kamer (e.d.).
Voor ons heeft één en ander aanleiding gegeven om met de hierna vermel-
de en in dezelfde omstaridigheden verkerende gemeenten in bestuurlijk
overleg te treden omtrent eventuele stappen welke ondernomen zouden kun-
nen worden om de gevolgen van de nieuwe wet zoveel als mogelijk te ver-
zachten.
Blijkens de bekend zijnde gegevens zuilen, zodra de nieuwe Financië'le
Verhoudingswet 19Ü4 in werking treedt, van de 682 gemeenten er 210 ge-
meenten op vooruit gaan en 472 gemeenten er financieel op inleveren.
2e afd.
24 februari 1983
