i
4e afd.
26 mei 1983
wijswet 1920, voor het lager onderwijs voorlopig vast te stellen op
f 353.679,93 21.787,38 375.'167,31;
b. het bedragdat overeenkomstig het krachtens artikel 55bis der wet
per leerling vastgestelde bedrag in verband met het gemiddelde aan-
tal leerlingen der scholen over 1980 beschikbaar is gesteld voor de
sub a bedoelde uitgaven voorlopig vast te stellen op 616 1/3 x
576,16 355.106,61;
c. het verschil tussen de in sub a en b genoemde bedragen voorlopig
vast te stellen als volgt:
het bedrag sub a is 20.360,70 meer dan het bedrag sub b.
HEEMSTEDE26 mei 1983.
De raad voornoemd
De secretaris, De voorzitter,
r
-3-