26 mei 1983 54 b
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 3 mei j.l.;
gelet op de bepalingen van de Kleuteronderwijswet;
BESLUIT
ten aanzien van het jaar 1980 voorlopig vast te stellen:
I. het bedrag dat de gemeente werkelijk heeft uitgegeven ter bestrij
ding van de kosten, bedoeld in artikel 38 onder h en i
f 148.383,19
II. het bedrag dat van rijkswege voor de onder I ge-
noemde uitgaven aan de gemeente beschikbaar is
gesteld op 7/12 x 15,5 x f 4.015,—
5/12 x 14,5 x f 4.015,--60.559,58
III. het bedrag, dat de onder I vermelde uitgaven
meer bedragen dat de onder II genoemde rijks-
vergoeding op87.823,61
d.i. f 5.823,07 per lokaal.
IV. het bedrag dat de gemeente werkelijk heeft uit-
gegeven ter bestrijding van de kosten bedoeld
in artikel 38 onder j tot en met 1, opf 121.248,74
V. het bedrag dat van rijkswege voor de onder IV
genoemde uitgaven aan de gemeente beschikbaar
is gesteld o^. 172 1/3 x f 33,1014.320,62
VI. het bedrag dat de onder IV vermelde uitgaven
meer bedragen dat de onder V genoemde rijksver-
goeding op106.928,12
d.i. f 620,48 per kleuter.
HEEMSTEDE, 26 mei 1983.
De raad voornoemd
De secretaris, De voorzitter, -5-