24 november 1983
297
De protestaktie waarop in de brief gedoeld wordt, was een aktie van amb-
tenaren van de Gemeentewaterleidingen Amsterdam en niet van ambtenaren
van de Rijkswaterstaat.
De aktie was tevoren bekend en de burgemeester heeft met de korpschef
van politie de vraag besproken op welke wijze hierop zou worden gerea-
geerd. Besloten werd te zorgen voor een vorm van begeleiding welke bij
alle andere akties en demonstraties wordt toegepast; het doel van een
dergelijke begeleiding is het voorkomen van hinder voor het publiek.
De begeleiding heeft dienovereenkomst'g plaats gehad.
Gelet op het vorenstaande behoeit op de vragen 1 tot en met 4 niet ver-
der te wordrn ingagaan.
Tenslotte vraagt de heer Bomans of de in de raad vertegenwoordigde par-
tijen er niet bij hun partijbesturen op kunnen aandringen dat het sta-
kingsrecht aan arobtenaren wordt ontnomen.
Naar het oordeel van burgemeester en wethouders ligt het niet op de weg
van de raad in dezen ook maar enige aktie te ondernemen. Overigens mer-
ken wij in dit verband nog op dat de heer Bomans zich terzake rechtstreeks
tot de partijen zou kunnen wenden.
Geadviseerd wordt de heer Bomans conform het bovenstaande te doen antwoor-
den.
De heer Borghouts vindt dat het college deze vrij fors gestelde brief
heel goed heeft beantwoord; zijn fraktie kan zich in dat antwoord vinden.
Ter voorkoming van verdere werkzaamheden van de heer Bomans voegt spreker
eraan toe dat hij zich met deze uitspraken niet hoeft te richten tot de
in Progressief Heemstede verenigde partijen, aangezien deze het volstrekt
oneens met hem zijn waar het gaat om het recht van ambtenaren om akties
te voeren.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders wordt be-
sloten.
III. Bijstelling beleidsplan najaar 1983. (volgnr. 108)
Mevrouw Bierman: "Mijnheer de voorzitter. Wij stellen vanavond het ge-
meentelijk beleid aan de orde tegen de achtergrond van diep gevoelde be-
zorgdheid over de handhaving van vrede en veiligheid in het algemeen en
de rol die ons land daarbij moet spelen, in het bijzonder.
Ook de grote maatschappelijke onrust, mede veroorzaakt door de voorstel-
len van onze regering, die zich geplaatst ziet voor de noodzaak een steeds
groter wordend financieringstekort - te elfder ure - een halt toe te roe-
pen, vervult ons met grote zorg.
Hoe gemakkelijk is het niet de collectieve uitgaven ongebreideld te laten
groeien ten koste van de marktsektor. Hoe moeilijk aan de andere kant, om
deze ontwikkelingdie de gevolgen van ons handelen afwentelt op volgende
generaties, een halt toe te roepen.
Ik wil in dit verband een deskundige citeren van een politieke kleur, die
de onze niet is: de heer Zijlstra, sprekend over het probleem van inflatie-
bestrijding: ("inflation and its impact on society" Economist '75).
"Het klimaat is ongunstig voor regeringen om die maatregelen te nemen die
ter zake nodig zijn. Men wacht te lang, de inflatie schrijdt voort enwat
eens nog betrekkelijk eenvoudig was, is thans een bijna onmenselijke in-
spanning geworden. Zo gezien is de bestrijding van de inflatie een majeur
politiek probleem. Het vraagt politiek leiderschap, dat in staat en be-
reid is de mensen duidelijk te maken, dat, hoe hoog de offers van een