ar 25 november 1983 128
b. de ambtenaardie de dienst van een gemeente in het genot van pen-
sioen of wachtgeld heeft verlaten, indien hij op de dag voorafgaande
aan het ontslag deelnemer was en aan de secretaris van het instituut
schriftelijk binnen één maand na dat tijdstip te kennen heeft gegeven
dat hlJ ood61" volledige aanvaarding van deze regeling deelnemer wenst
te blijven;
c. de voor weduwen- of weduwnaarspensioen in aanmerking komende weduwe of
weduwnaar van de onder a en b bedoelde deelnemer, die op de dag van
overlijden van de deelnemer als gezinslid, bedoeld in artikel 9, lid 1,
onder a, kan worden aangemerkt en schriftelijk binnen drie maanden na
het overl1jden aan de secretaris van het instituut te kennen geeft dat
zij, resp. hij, in aansluiting op de dag van overlijden onder volledige
aanvaarding van deze regeling deelnemer wenst te worden;
d. de voor wezenpensioen in aanmerking komende wees van de onder a t/m c
bedoelde deelnemer, die op de dag van overlijden van de deelnemer als
gezinslid, bedoeld in artikel 9, lid 1, kan worden aangemerkt en voor
wie schriftelijk binnen drie maanden na het overlijden aan de secreta-
ris van het instituut te kennen is gegeven dat hij in aansluiting op
de da9 van overlijden onder volledige aanvaarding van deze regeling
deelnemer wenst te worden.
Artikel III.
Artikel 4 wordt vervangen door een nieuw artikel 4, luidende:
1. Het bestuur îs bevoegd onder door hem te stellen voorwaarden als deel-
nemers toe te laten de navolgende groepen van personen:
a* het Personeel dat in dienst van enig openbaar lichaam of van een
lichaam als bedoeld in artikel B3 van de Algemene burgerlijke pen-
sioenwet werkzaam is, één en ander in zover deze lichamen bij wet
of van 9emeentewege zijn ingesteld of aangewezen tot het dienen van
gemeentel1jke belangen, indien dit personeel krachtens de geldende
rechtspositieregeling tot deelneming verplicht wordt;
b. het personeel dat op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht in
dienst van een gemeente of lichaam werkzaam is, indien dit perso-
neel k^achtens de geldende rechtspositieregeling tot deelneming ver-
plicht wordt;
-4-