379
ntissie pianvoorbereidingZij wacht met belangstel 1 ing de diskussie rond
het geîntegreerd ouderenbeieid af.
De fraktie van mevrouw Karssen heeft de notitie van de V.V.D. over het
ouderenbeleidop weg naar het jaar 2000, met belangstel1ing gelezen.-
Zij is het eens met het antwoord dat daar pas aandacht aan geschonken gaat
worden als de aanbevel ingen van de commissie planvoorbereiding gedaanzijn.
In de notitie zijn tal van meer of minder konkrete suggesties gedaan ten
aanzien van een juist benadering, of verbeteririg, van het bestaan van het
oudere deel van onze bevolking. Haar fraktie kan zich in verschiilende
aanbevelingen goed vinden. Daarnaast wil zij opmerken dat naast de aanbe-
velingen die gedaan zijn, die vooral gericht zijn op materiële zaken.haar
fraktie graag ook oog wil hebben voor immateriële waarden in het leven,
in dit geval in het leven van ouderen. In dat opzicht vindt zij de notitie
wat smalZaken van levensbeschouwelijke aard en ethische overwegingen
zijn van fundamentele waarde in het leven en haar fraktie zal die straks
ook in haar overwegingen betrekken. Het C.D.A.-gezegde "niet bij brood
alleen" geldt hier zeker zo zwaar.
De heer Borghouts wacht uiteraard met belangstel1ing het produkt van^
de plancommissie af7 De V.V.D.-ouderennotitie heeft zijn fraktie ook vol
belangstei 1 ing gelezen. Er staat niet veel in - een enkel punt wel -waar
zij het niet mee eens is. Er staan ook zaken in, ook in de vraagstel1ing
genoemd, waarvan men zich kan afvragen of die zo geîsoleerd tot stand
moeten komen. Een klein voorbeeld: maaltijdverstrekking voor ouderen.
Men kan zich afvragen, als men daar gericht beleid wil voeren, of dat al-
leen voor ouderen moet komen. Spreker zegt dat niet om enige waarde te
ontnemen aan de notitie, hij zegt dat wei omdat daarvoor ook aandacht moet
zijn en omdat dergelijke punten misschien wei eerder te realiseren zijn
als men het draagviak breder maakt, konkreet: maaltijdverstrekking
Het zou heel goed kunnen zijn dat verzorgers van kindefen, alleenstaan-
denook aan dat soort voorzieningen behoefte hebben, dan wordt het draag-
vlak breder en dan is het misschien in het belang van beide groeperingen
eerder te realiseren.
Mevrouw Bierman denkt dat beide sprekers gelijk hebben, in die zin,
dat de aanbevel ingen duidelijk een soort van neerslag zijn - in materieel
opzicht zo men wil, geîsoleerd zo men wil - van zaken die de gemeente ook
bestuurlijk zou kunnen aanpakken. Zij gelooft dat dit enigszins terug-
grijpt op de diskussie die eerder aan de orde is geweest als men zich af-
vraagt tot wat voor zaken de gemeente zich zou moeten beperken. Dan zijn
dat dat soort van konkrete materiële dingen waar men iets aan kan doen.
Over de achterliggende immateriële gedachten vindt men het nodige in de
tekst van de nota en niet zozeer in de aanbevelingen.
Wethouder Van Amerongen acht dit moinent niet het juiste om inhoudelijk
in te gaan op de~nötit1e van de V.V.D.-fraktie. Het dreigt enigszins die
kant op te gaan gezien de opmerkingen die al gemaakt zijn. Hij wil het
toch houden bij de konstatering dat de notitie uiteraard betrokken wordt
bij het ontwikkelen van het integraal ouderenbeleid. De notitie is ook al
voor een eerste bespreking aan de orde geweest in de plancommissie en zal
zeker nog eens aan de orde komen.
Mevrouw Van der Pas is blij met de reakties van de beide andere frak-
ties, waaruit bîijkTTcTat zij mede de aanzet tot de diskussie die door
middel van deze notitie is gegeven willen verbreden en dan zai men wel
25 november 1983