"25- IU
a^- 15 december 1983
137
Artikel 3 Overeahnjding bebouuingagreny.en
d
I. Bebouwingsgrenzen mogen uitsluitend worden overschreden door:
a. tot gebouwen behorende stoepen, stoeptreden en funderingen;
b. bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, standleidingen voor M
hemelwater, gevelversieringen, wanden van ventilatiekanalen en
schoorstenen, indien de overschrijding niet meer dan 12 cm. be-
draagt;
2gevel— en kroonlijsten en overstekende daken, waarbij de over-
schrijding niet meer dan 50 cm bedraagt;
goten en ondergrondse afvoerleidingen en inrichtingen voor de
verzameling van water en rioolstoffen
e. hijsinrichtingen welke de bebouwingsgrens met niet meer dan
1.00 m kunnen overschrijden
2. Voorzover de grens met de bestemniing verkeer of verbliifseebied ,1
wordt overschreden:
a. is het aanbrengen van de in lid 1 onder a genoemde bouwwerken
of delen van bouwwerken niet toegestaan;
b. mogen de in lid I onder c genoemde bouwdelen niet lager worden j
aangebracht-dan 4.20 di boven een rijweg of boven een strook ter j
breedte van 1.50 m langs een rijweg en dan 2.20 ra boven een
voetpad, vrorzover dit voetpad geen deel uitmaakt van de hierboven
bedoelde strook; 4
c. mogen de in lid I onder e genoemde constructies niet lager worden
aangebracht dan 420 m boven de gronden met de bestemning verkeer
of verblijfsgebied
3. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen
van het bepaalde în lid I en lid 2 voor: f
a. overbouwingen ten dienste van de verbinding van twee bouwwerken
mits deze werken, wat de hoogte boven de gronden met de bestemming s
verkeer of verblijfsgebied betreft, voldoen aan het bepaalde onder
e, sub 1 en 2 van dit lid;
b. toegangen yan bouwwerken, die de grens met de bestemming verkeer
o verbltjfsgebied niet overschrijden, mits zij de bebouwings-
grens met niet meer dan 1.50 m overschrijden;
c. stoepen, stoeptreden en funderingen, die de grens met de besteimning
verkeer of verbltjfsgebied overschrijden;
d. pltnten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, wanden van venti-
latiekanalen en schoorstenen, die de bebouwingsgrens met meer dan k
12 cm oyerschnjden. d.n wel die de grens met de bestemming verkeer Z
of verb1jfsgebied overschrijden
e. gevel- en kroonlijsten en overstekende daken, welke de bebouwings-
grens met meer dan 50 cm overschrijden, mits zij niet lager zijn
geplaatst dan: J j
1b°ven een rijweg of boven een strook ter breedte van
1.50 m langa een rijweg; B
2. 2.20 m boven een voetpad, vooraover dlt voetpad geen deel uit-
maakt van de onder I genoemde strook; B