4e afd. 15 december 1983 197
HOOFDSTUK II. BESTEMHINGEN EN GEBRUIK.
-29-
Artikel 6 Voondoeleinden (V)
1. De gronden met de bestenming woondoeleinden zijn bestemd voor:
a. woonhutzen;
bPyaktijkruimten aangebouwd aan de woonhuizen;
bij een woonhuis behorende autoboxen en bergplaatsen-
met de bestemming verband houdende bouwwerken. geen gebouwen
z1jndevan ondergeschikte betekenis;
tuinen bij de gebouwen.
2. De woonhuizen moeten worden gebouwd als eengezinshuizen.
c.
d
b
d
De tngevoige itd toelaatbare bouwwerken mogen uitsluitend worden
gebouwd met inachtneming van de op de kaart en de hierna gegeven
aanwj j zingen5 8
indien de woonhuizen niet aaneen worden gebouwdmoet de onderlinge
fstand tussen de vrije zijgevels ten minste 1.00 m bedragen-
indien de woonhuizen niet in de zijerfscheiding worden gebouwd
moet de afstand van de vrije zijgevel tot de zijerfscheiding tên
mmste 0.50 m bedragen; B
de voorgevelbreedte van een woonhuis moet ten minste 5.00 m bedra-
gen
op een strook ter breedte van 3.00 m gemeten uit de van de weg af-
g eerde zijde van een bebouwingsvlak mag de goothoogte van een
gebouw ten hoogste 3.00 m bedragen;
e. de goothoogte van vrijstaande en aangebouwde autoboxen en berg-
plaatsen mag ten hoogste 3.00 m bedragen;
f' hldathe!^n? Ia" VriJ8taande e" aangebouwde autoboxen mag ten
hoogste 45 bedragen. B
4. Ter plaatse waar op de kaart de overige aanwijzing galerie is inge-
worden! ma8 grondverdieping voor galerieruimte gebruikt
5. Burgeroeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen
van het bepaalde in lid 3 onder d voor het verhogen van de toelaat-
trlkk8 H V Cn Voor2;over dit in verband met het door-
trekken van de kap van het hoofdgebouw noodzakelijk is.
6: Een vrijstelling al. bedoeld in lid 5 wordt niet verleend dan nadat
de Comroissle yoor rurmtelijke ordening en volkshuisvesting is gehoord
en dan nadat beianghebbenden gedurende 30 dagen na publicatie in de
gelegenheid zijn gesteld daartegen schriftelijk bezwaren in te die-