418 subsidieaanvraag ten aanzien van het informatiekrantje sprake is van onvol- doende vormingsaktiviteiten. Alleen heeft de planconmissie gezegd dat ze dat nu al een aantal keren tegen elkaar gezegd heeft en dat men nu eigen- lijk ook tot de konklusie moet komen dat het dan ook geen sociaal-cultu- reel werk is. Het college kent op dit punt een meerderheids- en een minder- heidsstandpunt. De meerderheid zegt dat de subsidieaanvraag ten aanzien van de solidariteitswinkel een zaak is die in principe binnen het sociaal- cultureel werk bekeken moet blijven worden, dus eigenlijk konform het oude standpunt van de plancommissie. De minderheid - dat was spreker - zegt dat men konform het huidige standpunt van de plancommissie moet konkluderen dat het geen sociaal-cultureel werk is; dat betekent dat men de subsidie- aanvraag op zijn eigen merites zou moeten bekijken. Spreker vindt dat dan op dat moment beleidsintentie 61 om de hoek komt kijken. Het beraad in het college heeft nog enige nuancering opgeleverd. De burge- meester en de wethouders Reeringh en Arnoldy blijven zich op het standpunt stellen dat hier gehandeld moet worden overeenkomstig het oude standpunt van de plancoimiissie, dus het blijven bekijken als sociaal-cultureel werk, en konkludeert vervolgens dat er sprake is van onvoidoende vormingsakti- viteiten en vervolgens moet dat tot de konklusie leiden dat er geen sub- sidie verleend zal moeten worden. Wethouder Baar plaatst daar nog een nuancering bij, inhoudende dat men thans de subsidieaanvraag binnen de beoordeling van het sociaal-cultureel programma moet zien en dat er dus binnen het sociaal-cultureel werk geen ruimte is, gezien ook de overwegingen van de plancommissie, dat er geen subsidie verleend zal kunnen worden, maar wethouder Baar wenst niet uit te sluiten dat als de invulling van beleidsintentie 61 aan de orde komt - dat zal dan ook zijns inziens op een integrale wijze dienen te gebeuren - het dan bij die integrale beoordeling niet uitgesloten hoeft te worden dat de subsidieaanvraag mogelijk gehonoreerd zou kunnen worden, of mogelijk niet. Daar wenst wethouder Baar nu geen uitspraak over te doen. Spreker blijft zich aansluiten bij het huidige oordeel van de plancommis- sie dat het geen sociaal-cultureel werk is en dat het op zijn eigen merites moet worden beoordeeld. Wat dat betreft wil hij zich konformeren aan de P.H.-motie. Mevrouw Bierman vraagt wat integrale invulling van beleidsintentie 61 betekent. Zij ziet niet hoe men een beleidsintentie die inhoudt positief inspelen op initiatieven van de burgerij, koördineren, enzovoort, integraal kan invullen. Wethouder Van Amerongen zegt dat die woorden niet van hem zijn. Wet- houder Baar is van mening Jat nu deze subsidieaanvraag niet ad hoc beoor- deeld nxiet worden en dat als er te zijner tijd een beter beeld is ontstaan ten aanzien van initiatieven die aan de orde zijn en in relatie kunnen wor- den gebracht met beleidsintentie 61, en ook bijvoorbeeld de problematiek rond de huisvesting van de solidariteitswinkelbij de beoordeling hoe men dan met beleidsintentie 61 moet omgaan, deze subsidieaanvraag dan ook op tafel kan liggen. Mevrouw Proost vraagt hoe dat beeld dan moet ontstaan en wat het mo- ment is dat het van het één naar het ander schuift. Wethouder Van Amerongen antwoordt dat deze vraag wat minder nadrukke- lijk aan de orde Is geweest tijdens de schorsing van deze vergadering. 15 december 1983

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1983 | | pagina 21