2e afd.
28 juni 1984
74
In de fase van de invordering van de beiasting komt de draagkracht om belasting
te betalen op een andere manier aan de orde. Daar gaat het on, de concrete moge-
1ijkheden van een Individuele belastingbetaler om een vastgestelde belasting-
schuld te voldoen.
Artikel 295 van de gemeentewet bepaalt dat bij de inning van gemeentel1jke be-
lastingen artikel 17 van de Invorderingswet 1845 van overeenkomstige toepassing
is. Dit artikel dat is geschreven voor de rijksbelastingen, bepaalt dat de be-
lasting door of vanwege de minister van financiën geheel of gedeeltelijk kan
worden afgeschreven indien de belastlngschuldige niet in staat is anders dan
met buitengewoon bezwaar de belasting of de volle belasting te betalen.
BiJ de Rijksbelastingd1enst wordt deze bevoegdheid namens de minister van fi-
nanciën uitgeoefend door de direkteuren. Om voor kwijtschelding in aanmerking
te komen n,oet een belastingschuldige een verzoek indienen bij de belasting-
dienst.
Bij de onroerend-goedbe1astingen is de direkteur van de Rijksbelastingdienst be-
voegd tot het verlenen van deze afschrijving. Oit vloeit voort uit het feit dat
de invordering van de onroerend-goedbelastingen in artikel 302 gemeentewet is
opgedragen aan de Rijksbelastingdienst. In dit artikel is onder letter c opge-
nomen dat onder meer de artikelen 281, 282 en 300 gemeentewet voorzover de in-
vordering betreft, buiten toepassing blijven.
BiJ de bondenbelasting is deze bevoegdheid in artikel 13 van de eigen verorde-
ning overgedragen aan ons college.
b. Retributies.
Gelet °P het feit dat retributies juridisch gelijk gesteld zijn aan belastingen
is het bovenstaande in beginsel van overeenkomstige toepassing, zij het dat een
aantal belenmeringen wordt opgeworpen m.b.t. de toepassing van het draagkracht-
beginsel
In september 1982 heeft het Kabinet de conclusies overgenomen van de Interde-
partementale commissie inkomensprijzen (Kamerstuk nr. 17627), die van oordeel
was dat het voeren van een inkomensbeleid in beglnsel aan de centrale overheid
voorbehouden inoest worden.
-4-
