27 september 1981
Sprekers fraktie hoopt en vertrouwt dat de overlast voor de bewoners tot
een miniinum zal worden beperkt en stemt in met het gehele voorstel.
Welhouder Arnoidy trekt de konklusie dat de frakties voorstander zijn
van liet invoeren van de weekmarkt. Oaarbij kan ook worden vastgesteld dat
de frakties begrip hebben voor het feit dat de bewoners vari de Valkenbur-
gerlaan en omgeving overiast vrezen. De heer Oe Bruijn staat er nog spe-
cifiek bij stil dat bij iedere andere keuze in Heemstede voor een week-
markt er natuurlijk door de omwonenden ook overlast gevreesd zou worden,
oindat er iets anders gebeurt dan men gewend is en er wezenlijk iets wij-
zigt in een positie waaraan nien gewend was en waarin men zich prettig voel
de. Oat is nu ééiimaa) het noodiot van liet feit dat er soms maatregelen moe
ten worden getroffen die naar de oprechte overtuiging van deze raad een
verbetering tot doelstelling hebben en die verbetering zal altijd het al-
gemeen belang dienen. Maar het is onvermijdelijk dat soms mensen in ook
een direkte betrokkenheid er rninder gelukkig mee zijn. Oat zal altijd het
probleem blijven, niet alleeri in de raad van Heemstede, maar in elke raad
in de wereld, als er tenminste een raad is.
Mevrouw Van der Pas stond nog even stii bij de te vrezen parkeeroverlast
- trouwens de andere frakties spraken daar ook over - en alles afwegende
stelt zij niet te vrezen voor een onoverkomelijke overlast omdat er immers
gemeten kapaciteit voldoende aanwezig is. Bovendien herinnert zij aan de
toezegging dat indien er sprake is van feitelijke overlast er dan ver-
keersregulereride maatregelen worden genomen. 2ij vraagt zich dan af wan-
neer en onder welke normen een parkeeroverlast dan onaanvaardbaar is en
hoe larig men er nog mee kan ieven. Oat kan spreker moeilijk beantwoorden
want dat moet men zien in de praktijk en dat moet men dan uit signalen en
uit eigen waarnemingen nader kunnen vaststellen.
Mevrouw Van der Pas vindt bovendien een positieve zaak dat het Schalkwijk-
effekt hier op een krachtige wijze wordt bekonkurreerd. Ook mevrouw Proost
en de heer Oe Bruijn hebben daarover gesproken. Het college zal er natuur-
lijk voor zorgen, niet alleen in de verordening zoals die geredigeerd is,
maar ook door eigen zorgvuldige kontrôie dat er geen troep overblijft op'
de Valkenburgerlaan nadat de markt opgehouden heeft zijn dienst te doen op
de woensdag. Mevrouw Proost heeft in haar betoog de nadruk geiegd op het
typische sfeerelement van een markt. Zonder twijfel een abstrakte waarde,
dus men kan dit zuiver subtiele gevoelen ook moeilijk in algemene termen'
veryatten, maar het college begrijpt wel wat zij daarmee wil zeggen en het
college is het daar ook volstrekt mee eens. Zij diept dat nog verder uit
door te wijzen op het typisch eiement van de volksaard en trekt dan de
vergeiijking naar Aiiisterdam en zegt dan dat zij lleemstede heeft leren ken-
nen als îngetogen, ordentelijkenz. Spreker hoopt dat dit zo is.
Ilij weet dat nooit want liij leeft hier. IIij hoopt niet dat deze voortref-
felijke eigenschappen aanleiding zullen zijn oiii die markt niet levendig
en niet gezellig te doen zijn.
Het is inderdaad een historische beslissing. Heemstede heeft. zoiets nog
nooit gehad. Oe heer De Bruijn lieeft de nadruk gelegd op de argumenten
die ook door mevrouw Proost zijn gesignaleerd en liij merkt nog op dat er
îri zon markt eigerilijk heleniaal nieL geînvesteerd wordt van overheidswe-
ge, dus men loopt niet veel risiko; als het allemaal niet prettig zou
zijn dan ruimen we de markt weer op. De lieer Oe Bruijn verbindt er in zijn
betoog de woorden politieke moed" aan. Spreker denkt dat dit inderdaad
riodig za) zijn. Zoiets is technisch beslist mogel i jk als de markt niet
blijkt aan te slaan. Ook dan ontstaat weer de diskussie: hoe stelt men
212