i
De heer Solleveld vlndt dat er al erg veel gezegd 1s over dlt onder-
werp en heeft het Idee dat er zo langzamerhand teveel over is gezegd.
iHj wil nog even Inhaken op de reaktle van de voorzltter op sprekers
eerste termijn, waarblj de voorzitter zei: wij gaan ook de wijze van
resenteren bekljken om te voorkomen dat er iets gebeurt als het voor-
^eeld dat spreker aanhaalde van Haariem. Spreker leest echter in het
voorsteldat door een meerderheid van het college wordt gesteund, let-
terlljk: dat houdt 1n dat het college slechts een marginale toetsing
zal uitvoeren ten aanzien van de aanvragende instantie; over de inhoud
wordt dus niet gesproken.
De voorzitter zegt dat de heer Soileveld een voorbeeld heeft genoemd
van een onderwerp waar pornografie bij betrokken was. Dat wist men van
tevoren. In zo'n situatie weet men dat men op kwetsbaar terrein komt.
De heer Solieveid neemt aan dat de voorzltter net zo goed als spreker
weet dat men - de voorzitter kijkt ook wel eens naar de televisie - soms
voor de meest verrassende ontdekkingen komt te staan. Dan denkt men dat
het een ontspannend programna is wat men voorgeschoteld krijgt gezien
de tltel en aanhef, en dan blljken daar ook soms schokkende beelden in
te zitten die men zljn klnderen liever niet zou willen laten zien.
Dus de uitlatlng dat men van tevoren aan het etiket al kan zien dat er
gevaarl1jke waar in kan zitten vindt spreker 1n de huidige maatschappij
twijfelachtig.
Maar spreker neemt aan dat er in grote lijnen op dezelfde wijze over de-
ze materie wordt gedacht en hij zal dan ook verder niet elk woord op
een goudschaaitje wegen; het is meer de intentle denkt hij waarmee nu
1n het vervolg deze zaken bekeken worden.
De voorzitter zegt dat het college nlet blj de eerste klacht van de bur-
gerij al maatregelen neemt, ook inhakend op het voorbeeid wat spreker
noemde. Spreker denkt dat zljn fraktie het daar meer dan mee eens is,
want de burgerlj bestaat natuurlijk uit uiteenlopende mensen; die kun-
nen natuurüjk wel sens klagen en dat betekent niet dat er dan direkt
iets aan de hand 1s waartegen men maatregelen moet nemen.
Spreker heeft de heer Borghouts verweten dat hlj wat fel van leer- ging,
onderuit de zak, 1n feite reageerde de heer Borghouts daarop door te
zeggen dat het allemaal nog veel erger kan en dat men maar naar zijn
vorige verhaal hierover moet kijken. Spreker vindt dat ferme taal
Ûverigens heeft de heer Borghouts sprekers opmerking kennelljk toch
aangetrokken, want hlj had het nu over een oprisping van de fraktievoor-
zitter van de V.V.D. op 3 mel, daar waar hlj aanvankelijk sprak over
een onbezonnen houding.
Verder zegt de heer Borghouts dat de huidige voorgestelde regeiing
niets anders 1s dan de regeling die er al is. Spreker denkt dat dat de
kop in het zand steken is, want er 1s natuurlijk met z'n allen over
zaken gesproken en met z'n ailen 1s er over een aantal punten een bepaal-
de gemeenschappel1jke opinie gevormd.
De heer Borghouts vraagt waarom de heer Solleveld dan een minderheids-
standpunt wil. Er is duidelljk een meerderheids- en een minderheidsstand-
punt 1n het college over deze notltie.
De heer Solleveld zegt dat ook gelezen te hebben. Hij merkt op dat de
heer Borghouts verder heeft gezegd dat de V.V.D. een nederlaag heeft ge-
388
20 december 1984