23
Het dagelijks leven in het verpleeghuis zal in het teken staan van
bezig zijn. Dit moet kunnen piaatsvinden zowel in de dagelijkse ver-
blijfsruimten als in ruimten die speciaai zijn ingericht voor bij-
zondere aktivering: aktiviteitentherapie, bewegingstherapie en ont-
moetingsruimte. De instituutssfeer moet naar de achtergrond worden
gedrongen door te streven naar een therapeutische woongemeenschap.
3. Plaatsing van patiënten.
Aangezien het aantai aanwezige piaatsen voor geestelijk gestoorde
bejaarden in de regio zeer is achtergebleven bij de vraag, wordt
verondersteld dat het verpleeghuis in eerste instantie plaats zal
bieden aan bejaarden die momenteel noodgedwongen als zodanig wor-
den verzorgd in bejaardenverzorgingstehuizen en ziekenhuizen.
Overigens is het de bedoeling dat opname vanuit iedere verwijzings-
mogelijkheid in de regio kan plaatsvinden, zoais huisartsen, alge-
mene ziekenhuizen, psychiatrische ziekenhuizen, somatische verpleeg-
huizen en bejaardenverzorgingstehuizen.
De op te nemen patiënt wordt door het verpleeghuis na een intake-on-
derzoek geplaatst in ëén van de afdelingen.
Naar de mate van behoefte aan verzorging kunnen de patiënten als
volgt worden ingedeeld:
- meer of minder verzorgingsbehoevenden; de patiënt is, hoewel am-
bulant, al of niet gestoord in zijn zelfredzaamheid;
- stoelgebonden verplegingsbehoevenden; als voorgaande kategorie
maar niet meer tot lopen in staat;
- bedgebonden verplegingsbehoevenden; de patiënt verkeert dan veel-
al in een terminaal stadium.
De meeste patiënten maken tijdens hun verblijf een ontwikkeling door
van de eerste naar de derde kategorie. Het wordt niet gewenst geacht
en is in strijd met de doelstel1ing volgens bovenstaande klassifica-
ties te plaatsen.
Er wordt naar gestreefd de opgenomen patiënt in zijn afdeling te
handhaven. Wel wordt daarbij gelet op een gelijkmatige verdeling
over de afdelingen van patiënten met bijkomende somatische proble-
men teneinde de belasting van het personeel zo gelijkmatig mogelijk
te verdelen. _2-
4e afd.
28 februari 1985
