2e afd.
28 februari 1985
5E WIJZIGING VERORDENING GELDELIJKE VOORZIENINGEN
RAADS- EN COMMISSIELEDEN
18
Heemstede, 29 januari 1985.
Aan de raad,
Jaarlijks worden bij beschikking van de Minister van Binnenlandse Zaken
de maximale bedragen vastgesteld van de vergoeding voor de werkzaamhe-
den en de tegemoetkoming in de onkosten voor de leden van de raad en
van presentiegelden voor commissieleden.
Bij deze aanpassing is steeds uitgegaan van de regelingslonen van vol-
wassenen in het bedrijfsleven voor wat betreft de algemene vergoeding
en de presentiegelden. De onkostenvergoeding is gekoppeld aan het prijs-
indexcijfer voor gezinskonsumptie.
Per 1 januari 1983 zijn, zoals u bekend is, in deze gemeente de algeme-
ne vergoeding en het presentiegeld voor commissieleden, als blijk van
solidariteit met de ambtelijke medewerkers, gekoppeld aan de salarisont-
wikkeling bij de overheid.
In een circulaire van 7 januari 1985, B85/U8, waarin de nieuwe maximale
vergoedingsnormen voor de raadsleden en voor de leden van gemeentelijke
commissies zijn opgenomen, deelt de Minister van Binnenlandse Zaken mee,
dat de aanpassingsmethodiek, welke tot nu toe werd gehanteerd, is ge-
wi jzigd.
In plaats van het indexcijfer van regelingslonen van volwassen werkne-
mers is bij de aanpassing per 1 januari 1985 uitgegaan van het index-
cijfer van de regelingslonen van volwassen werknemers voor de sector
overheid.
Dit impliceert, dat thans in feite de grond is ontvallen aan de overwe-
ging om bij de aanpassing rekening te houden met de ontwikkeling van de
ambtenarensalarissen, omdat dit effekt via het nieuwe koppelingsmecha-
nisme reeds wordt bereikt.
Wij stellen u daarom voor de vergoedingsbedragen voor raads- en commis-
sieleden met ingang van 1 januari 1985 weer te bepalen op de maximaal
-1-
