28 februari 1985
25
OPENBARE VERGAOERING
VAN OE RAAD DER GEMEENTE HEEMSTEDE OP
donderdag 28 februari 1985, te 20.00 uur
Voorzitter: de heer Jhr.mr. O.R. van den Bosch, burgemeester.
Tegenwoordig zijn de leden: mevrouw M.S.C. Lindeboom-Mousmevrouw
S.E.A. Noorman-den Uylde heer mr. H.C.J.L. Borghouts, mevrouw E. Proost-
Teders, de heer J.F. de Bruijn, mevrouw H.A.Th.G. 1Jsselmuidende heer
ing. M.J.M. van der Hulst, mevrouw M.A.C. Karssen, de heren J.G.B. Kroon
en E. Klinkert, mevrouw S. van der Pas-Bouman, de heren mr. P.H. Lefebvre,
F. van Item en drs. E. Veen, mevrouw mr. A.J. Snoep-Mook, de heren ir.
P.G.J. Solleveld en K.J. Albrecht en de wethouders, mevrouw mr. M.E. Bier-
man-Beukema toe Water en de heren drs. S. Baar en drs. A.H.M. van Ameron-
gen.
Secretaris: de heer drs. W.H. van den Hoek.
Er is êén vakature.
De voorzitter opent de vergadering en leest het ambtsgebed voor.
De voorzitter spreekt de volgende woorden:
"Wij wisten allemaal dat het niet goed ging met de gezondheid van onze col
lega en vriend Hans Arnoldy. En toch overvalt ons de nauwelijks te accepte
ren realiteit en plicht dat wij hem vandaag moeten herdenken. Het overvalt
ons omdat wij allen, telkens weer de fiktie hanteren dat alles altijd maar
verder gaat.
Wij denken op dit moment allereerst aan zijn vrouw en kinderen, die de
laatste maanden samen met hem de strijd hebben gestreden.
Met groot respekt zien wij nog voor ons met welk een verbeten moed hij
zich. bijna tot het einde toe, aan zijn werk wist te geven.
Op een moment als dit denken wij allereerst aan zijn persoon, die wij in
ons midden zo zeer zullen missen.
Er ging een zekere wijsheid van zijn optreden uit en als voorzitter van
zovele vergaderingen en hoorzittingen kwam deze milde wijsheid volledig
tot zijn recht. Wij zijn dankbaar voor de gevoelens van vriendschap die
hij wist te wekken en te geven in fraktie, college en raad. Met grote
nauwgezetheid en zeer konsciëntieus zette hij zich, gekozen in de raad in
1978, aan zijn taak. Zijn natuurlijke uitstraling zal stellig de oorzaak
zijn geweest, dat hij direkt als fraktie-voorzitter werd gekozen. De po-
litiek zag hij als een burgerplicht en niet iets dat hij moest doen, om-
dat het bij zijn persoonlijkheid paste. Dat neemt niet weg dat emotionele
betrokkenheid bij het gebeuren in de raad hem stellig niet vreemd was.
Daarnaast viel op dat hij een bijzondere belangstel1ing had voor het fi-
nanciële rellen en zeilen van de gemeente.
Toen in 1982 Hans Arnoldy na de verkiezingen de portefeuille Ruimtelijke
Ordening en Volkshuisvesting overnam, kwam al snel een tweetal verschijn-
selen naar voren. Opnieuw bleek hoe belangrijk het is dat ervaringen uit
andere maatschappelijke en ekonomische levenssferen in de plaatselijke
politiek in het management tot uiting kunnen komen. De portefeuille Ruim-
telijke Ordening kenmerkt zich immers bij uitstek daarin dat een groot
aantal momenten optreedt dat allerlei processen zakelijk moeten worden
afgerond. De bekwaamheden van Hans Arnoldy in een lang ijverig leven op-
gedaan bij de olie-industrie, kwam ten volle ten nutte van onze gemeente.
Het Blekersvaartplan, reeds jaren moeizaam onderwerp van diskussie, kwam
door zijn zakelijke aanpak en doorzetting in een stroomversnel 1 ing en tot