2 mei 1985
85
Een verdergaande automatisering, een terugdringen van de administratie-
ve procedures en bureaukratie, het inzetten van niet-politiemensen voor
kontrolerende en algemene taken, daar waar mogelijk vanzelfsprekend bin-
nen de richtlijnen, een verbetering van opleiding en ook selektie.
Dit zou moeten resulteren in het geven van meer tijd aan de polit.iemen-
sen voor hun echte politietaken. De heer Borghouts memoreerde al dat
thans zo ruwweg 25% van de totale politie-uren in het echte politiewerk
gaat zitten. Nu is het op zich niet zo vreemd dat dit percentage niet
dicht bij de 100 ligt, want een organisatie heeft nu en dan zijn eigen
problemen en zijn eigen aandachtsgebieden die ook intern moeten worden
opgevangen. Verder, naast de hierbovengenoemde zaken, is de V.V.D. er-
voor om na te gaan wat het effekt van een meer wijkgerichte aanpak zou
kunnen zijn op een efficiëntere en doelgerichtere aanpak. Spreker zou
de voorzitter, gelet op het bovenstaande, het volgende in overweging
willen geven. De V.V.O. dringt met spoed aan, respektievelijk geeft in
overweging, gelet op de positie als raad ten opzichte van het politie-
gebeuren, om de verdere vertaling van het koncept-politiebeleidsplan
in een aktieplan en het realiseren van bijbehorende akties en het stel-
len van prioriteiten met spoed te bevorderen. Immers alleen dan kan via
de genoemde grotere efficiëncy de daadkracht van de politie vergroot
worden, waardoor de diverse soorten kriminaliteit die ons leven raken
kunnen worden teruggedrongen. Daarbij zou zoveel mogelijk gebruik ge-
maakt moeten worden-van ervaringen die zijn opgedaan bij vergelijkbare
politiekorpsen. Spreker heeft begrepen dat in zo'n 88 gemeentelijke
korpsen een onderzoek respektievel i jk analyse riaar de eigen bedrijfs-
voering plaatsvindt. Dat is iets waar men wellicht wat van kan leren
en een reden om niet te trachten zelf het wiel uit te vinden. In com-
missieverband is daar al over gesproken en zijn fraktie heeft de in-
druk dat met deze ervaring wel degelijk rekening zal worden gehouden.
Het tweede punt dat spreker graag in overweging wil geyen is na te gaan
of op korte termijn de politie al van eenvoudige kontrôletaken kan wor-
den ontlast, dat is dus vooruitlopend op het opstellen van een aktie-
plan naar aanleiding van dit politiebeleidsplan. Te denken zou zijn
aan verkeerskontrôle. Nauw overleg met overige instanties is hierbij
natuurlijk onontbeerlijk. Oaarnaast het opleidingsfacetafgezien van
aanvulling van het korps met nieuwe mensen met wellicht modernere op-
leiding, meer gericht op de praktijk. Vooruitlopend daarop zou men
zich kunnen afvragen of op kortere termijn ook niet hier en daar een
stukje bijscholing of additionele opleiding zou moeten plaatsvinden.
Ten derde brengt spreker de voorzitter onder de aandacht dat binnen
niet al te lange tijd het rapport van de werkgroep vandalismebestrij-
ding zal uitkomen en hij verzoekt om bij de verdere uitwerking en het
opstellen van uitwerkingsplannen gebaseerd op dit beleidsplan rekening
te houden met de inpassing van de resultaten van dit rapport. Te den-
ken is dan aan facetten als koördinatie met andere voorstellen, een
tijdsfaktor, maar ook financiële aspekten.
Dit bovenstaande gezegd hebbende wil spreker mededelen dat zijn frak-
tie instemt met het raadsvoorstelZij wil de samenstellers van het
rapport en allen die daaraan hebben meegewerkt danken voor hun inzet,
die zal ongetwijfeld groot geweest zijn, want het is niet niks om het
hele gebeuren, de politie betreffende, in één rapport naar voreri te
brengen en dat zodanig duidelijk te doen dat ook betrekkelijke leken
dat kunnen begrijpen. Ilij wil ook een stukje respekt op deze plaats