2 ntei 1985
89
vraagt wel aan de voorzitter of hij bereid is aan dit punt in ander
verband ntet de raad aandacht te besteden. Tenslotte vraagt zij of de
verkeersschout van het openbaar ministerie bij Heemsteedse verkeers-
vraagstukken, zoals de proef van het instellen van een groene golf op
de Heemsteedse Dreef, betrokken wordt. Als dat nog niet gebeurt, vraagt
zijn fraktie of de voorzitter bereid is via het driehoeksoverleg dit
in voorkomende gevallen te bewerkstelligen.
De voorzitter is blij dat de raad via zijn fraktievoorzitters zeer
veel aandacht heeft willen besteden aan deze zaak, zowel nu als in de
vergadering met de hoofdofficier van justitie als in de besprekingen
in de commissies. Hij denkt dat dat bevorderd heeft dat toch in een
redelijk snelle tijd met elkaar deze belangrijke materie is kunnen be-
handelen tot het punt waarin we nu gekomen zijn en hij wil onmiddellijk
ook de dankbaarheid alvast doorgeven aan de politie zelf die het plan
gemaakt heeft.
Spreker zit een beetje in een wat moeilijke positie omdat men nu één-
maal met het gedeelde gezag zit over de politie. In de eerste plaats
is zijn positie als korpsbeheerder al bijzonder in zijn verantwoording
ten opzichte van de raad, maar daarnaast zit hij nog met het feit dat
belangrijke elementen onder de uitsluitende verantwoordelijkheid van
de hoofdofficier van justitie vallen, waarin hij wel een ingang via
het bestuursoverleg heeft, maar hij heeft er toch nadrukkelijk behoef-
te aan om het woord uitsluitende verantwoordelijkheid te laten vallen,
want zo is het met een justitiële zaak. Het is niet zo dat de raad of
wie dan ook of spreker zelf iets kan zeggen waar hij rekening mee
moet houden; het is zijn uitsluitende bevoegdheid. En dat geeft een
heel speciale problematiek als men in deze plannen over die zaken praat.
Gelukkig is in Nederland de gedachte groeiende dat het erg belangrijk
is dat politieke organen laten merken, ook het brede politieveld, wat
ze ervan vinden, dat is belangrijk voor de politie, dat is belangrijk
voor de korpsbeheerder en het is ook belangrijk voor het overleg dat
deze en gene heeft. Daar kan men natuurlijk allerlei juridische ver-
halen over houden en de frakties hebben het allemaal ook wat verschil-
lend verwobrd. De heer Borghouts heeft het erover gehad dat men in
samenspraak met elkaar vast kan stellen wat er verder zou moeten ge-
beuren bij de politie. Dat is in algemene zin wel zo, aan de andere
kant moet natuurlijk toch iedere keer weer de juridische verantwoorde-
lijkheid worden gesteld, omdat juist in zaken als deze, als er iets
fout loopt de kwestie van de verantwoordelijkheid zeer zwaar en klem-
mend naar voren komt. Spreker wil in dit opzicht nog herhalen, een
oud gegeven maar wat heel illustratief is, dat men zich wel de akties
van de Bader Meinhofgroep zal herinneren. Toen is êén van de politie-
mensen in Utrecht doodgeschoten en is onmiddellijk daarna een uitvoe-
rige verantwoording geweest van de burgemeester van Utrecht die hevige
publiciteit heeft gehad in de raad van de gemeente Utrecht. Daar kan
heel veel over gezegd worden, maar het is zeer de vraag of dat een ver-
standige zaak is geweest, omdat de verantwoordelijkheid voor dit soort
zaken uitermate gekompliceerd is, hoewel aan de andere kant de ver-
antwoordelijkheidsvraag vanuit de samenleving onmiddellijk wordt ge-
stelt en dan - aan boeken, beschouwingen en rapporten heeft men dan
niet zo veel - ligt het heel konkreet op tafelDie verantwoordelijk-
heidsvraag heeft dus altijd in deze zaken een bijzonder belangrijk
accent. Als spreker een reaktie geeft op een aantal zaken waarin hij