144
30 mei 1985
Het C.D.A. wil wel besparen op sportvoorzieningen. Het is ëën van de
weinige projekten waarover C.D.A. en V.V.D. een iets verschi1lende me-
ning hadden. Maar het C.D.A. merkt op dat ook de V.V.D. daar voor zou
zijn; die zou immers, waar mogelijk, op de sport- en kultuurfacilitei-
ten en kosten in het algemeen willen besparen. Zijn fraktie heeft er
wel bij gezegd: mits dit een aanvaardbare invloed op het kwaliteits-
niveau heeft. Wethouder Bierman heeft zoëven gezegd dat juist dat kwa-
1iteitsniveau wel eens aangetast zou kunnen worden bij groepen die wij
liever niet op dit gebied willen aantasten, zoals de ouderen, moeder
en kind, die dan met een minder dienstbetoon gekonfronteerd worden.
Nu kan men vragen waarom het bij die mensen gezocht moet worden, maar
het zal duidelijk zijn dat naar die mensen, die toch een bepaalde be-
zetting in menskracht en anderszins van de faciliteiten nodig maken,
maar een kleine benutting geven, natuurlijk toch heel kritisch geke-
ken wordt. Dus spreker deelt die bezorgdheid van wethouder Bierman.
Inzake het C.D.A.-voorstel om de systematiek van de prioriteitstelling
opnieuw te bezien zegt spreker dat volgens het C.D.A. P.H. een verkeerd
gebruik maakt van deze systematiek. Hij denkt dat die analyse van het
C.D.A. wel eens juist kan zijn. Sprekers fraktie benadert het voorstel
van het C.D.A., om die systematiek te veranderen, positief, zij zal er
nog eens naar kijken. Een voorwaarde die onmiddellijk bij haar opkomt
is, dat als men per fraktie prioriteiten gaat opstellen dan uiteinde-
lijk, als men dat samenvoegt tot een gezamenlijk prioriteitsoverzicht,
vanzelfsprekend die prioriteiten wel gewogen moeten worden naar frak-
tiezwaarte, maar wellicht is dat een open deur intrappen.
De heer Borghouts merkt op dat de heer Solleveld neigt naar de
mening dat P.H. verkeerd gebruik maakt van de puntentoekenning.
Hij vraagt of de heer Solleveld kan aangeven wat het juist gebruik is
van de puntentoekenning.
De heer Solleveld zegt dat mevrouw Karssen in niet mis te verstane
bewoordingen, met voorbeelden zelfs, heeft aangegeven hoe zij dat slech-
te gebruik van P.H. in deze ziet. Het zou dus een duplikatie van het
verhaal van het C.D.A. worden en hij denkt dat de tijd daarvoor te kost-
baar is.
De heer Borghouts konstateert dat de heer Solleveld zich aansluit
bij hetgeen mevrouw Karssen daarover heeft gezegd. Spreker heeft daar
niet de woorden "slecht gebruik" in gehoord.
De heer Soileveld dacht dat de strekking hetzelfde was.
Toen spreker gisteravond het Haarlems Dagblad inkeek, sloeg hem de schrik
om het hart, want hij las dat de heer Borghouts in het laatste deel van
de vorige vergadering - helaas heeft spreker zelf het laatste deel van
die vergadering, waarin de prioriteitstel1ing werd vastgesteld, moeten
missen - toen spreker dus weg was heeft gezegd dat hij er de ballen niet
meer aan vond. Spreker vond dat een vreemde uitspraak.
De voorzitter: "Staat u erop dat deze uitspraak in de notulen wordt
opgenomen?"
De heer Soileveld: "Jazeker, want ik citeer het Haarlems Dagblad".
Afgezien van het vreemde in deze uitspraak sloeg de schrik spreker om