4e afd.
27 juni 1985
60
De termijn van de werking van dit voorbereidingsbesluit eindigt op
28 juni 1985. Voor de onder blb2b3cde en g genoemde ter-
reinen hoeft geen nieuw voorbereidingsbesluit genomen te worden,
omdat de artikel 19-procedures met betrekking tot de betrokken ter-
reinen zijn afgerond.
Aangezien voor de Joh. Verhulstlaan (f) en voor het
woongebied ten zuiden van de Prinsenlaan (a) de inmiddels in proce-
dure gebrachte "aanvullende bebouwings- en gebruiksvoorschriften"
van toepassing zullen zijn, is ook voor deze gebieden geen nieuw
besluit nodig.
0e invulling van het toekomstige woongebied ten noorden van de Prin-
senlaan (a) staat nog open, Om te voorkomen dat aan ongewenste ont-
wikkelingen medewerking moet worden verleend, is hiervoor een nieuw
voorbereidingsbesluit gewenst.
Voorts hebben wij het voornemen aan het hierna omschreven bouwplan
medewerking te verlenen door toepassing van artikel 19 van de
Wet op de Ruimtelijke Ordening in kombinatie met artikel 50, lid 8,
van de Woningwet. Dit houdt in dat vrijstelling wordt verleend van
de bij het vigerende planologische plan behorende voorschriften en
dat een bouwvergunning wordt verleend nadat de verklaring van ge-
deputeerde staten is ontvangen dat zij tegen het verlenen van de
vrijstelling en de vergunning geen bezwaar hebben.
Voor het volgen van deze procedure is het noodzakelijk dat een
voorbereidingsbesluit van kracht is.
Een plan is ingediend voor het uitbreiden van het woonhuis op het
perceel Heemsteedse Dreef 263.
Dit plan is in strijd met het ter plaatse uit 1929 daterende
vigerende planologische plan.
Gelet op de ligging van het woonhuis ten opzichte van het naast-
gelegen garagebedrijfzijn wij van mening dat aan het bouwplan
medewerking kan worden verleend.
- 2 -