55
Het ontbreken van een dergelijke schaarste betekent dan ook dat het niet zin-
vol is om voor die woningen nog nadere regels te stellen die een vrije verkoop
bemoeilijken. In de praktijk zal er toch veelal sprake zijn van een koper uit
de regio. Het college is dan ook van mening dat het redelijk is, waar er in
die kategorie in het afgelopen jaar nog maar 12 woningen zijn verkocht, de
koopprijsgrens te verlagen tot f 220.000,--. Als men vraagt of er dan iets ver-
anderd is, of de prijzen gestegen of gedaald zijn, dan kan spreekster alleen
maar zeggen dat de indruk die het college daarvan heeft stellig niet is dat
de prijzen gestegen zijn. Er is sprake van buitengewoon weinig woningen waar
het om gaaten dat betekent dat wat de meerderheid van het college betreft
dit een zaak is die in die prijsklasse vrijgelaten kan worden.
Oe heer Borghouts vindt dat de VVD-fraktie volstrekt duidelijk is en dat
waardeert hij ook. Nu is dezelfde argumentatie aan de orde als in september
1984, men weet wat men daaraan heeft. Overigens is de gemeente niet verplicht
grenzen te stellen. Men hoeft geen besluit te nemen en dan geldt gewoon de
woonruimtebeschikking van de minister. Dus als de heer Veen echt liberaal
wil optreden, dan neemt hij geen besluit en gelden de grenzen die in die be-
schikking liggen. En dan heeft de raad ook weer wat aan deregulering gedaan.
De heer Solleveid zegt dat het ging om een zeer persoonlijke ontboeze-
ming van de heer Veen, hetgeen hij ook gezegd heeft.
De heer Borghouts beaamt dat, daarom richtte spreker zich ook tot de heer
Veen en niet tot de heer Solleveld. Spreker kan wat betreft de argumenten op
grond waarvan nu de CDA-fraktie meent met 220.000,-- te kunnen volstaan als
koopprijsgrenshet volgende zeggen. Twee argumenten zijn genoemd; zij heeft
de indruk dat de prijzen in de klasse waar Merlenhoven in valt, zijn gedaald.
Misschien, maar dan praat men toch maar over een klein segment van de woning-
markt.
Waarom stelde die fraktie in september 1984 de prijs op 240.000,--? Want
toen was natuurlijk ook aan de orde waarom het niet 220.000,-- was. De woord-
voerster van het CDA zei toen: om een volledige waarborg te krijgen, het moet
volledig afgeschermd zijn, en dus moet er absoluut geen prijsopdrijvend effekt
in de koopprijsgrens optreden. Daarom ging zij zo hoog zitten en dat geldt nu
nog steeds. Het tweede argument was een kleine tegemoetkoming aan de omliggen-
de gemeenten. Wat moet spreker daar nu van denken. De gemeente heeft voor de
Heemsteedse woningmarkt te zorgen. De regio loopt nu uiteen van 194.000,
tot 240.000,-- en blijft uiteen lopen van 194.000,-- tot 240.000,--.
Daar verandert niets in. Gaat Heemstede als een kruidenier daar tussenin zit-
ten? Als spreker het woord kruidenier gebruikt, dan komt hij ook nog even bij
het college.
Er zijn inderdaad maar 27 vergunningen verleend in 1985 voor woningen tussen
de 2 ton en de 240.000, Het college stelt nu voor de grens op 220.000,-
te houden. Dan gaat het om 12 woningen die er nu uitvallen. Speker vraagt waar
wij ons eigenlijk mee bezig houden. En dan is het ook nog de administratieve
rompslomp die minder zou zijn. Spreker denkt dat het college niet gelukkig
was met het besluit van 1984 en dat het college heeft gedacht: kom, laten we
dat eens veranderen, en toen heeft het er argumenten bij gezocht.
Spreker betreurt dat; besluiten kunnen uiteraard worden gewijzigd, maar dan
wel graag op basis van redelijke argumenten.
De heer Kroon wil toch nog even reageren op de woorden van de heer Borg-
houts als dezë~zëgt dat de prijs van 220.000,-- een prijsopdrijvend effekt
zou bevorderen. Spreker denkt dat dit voor elke prijs geldt die men ook maar
noemtof dat nu 220.000,-- of 240.000,- zou zijn. Voorts denkt spreker
dat kruideniers, zoals de heer Borghouts aangaf, dikwijls heel goede zaken-
mensen zijn. Zijn fraktie hoopt namelijk dat met die 220.000,-- alle gemeen-
ten in de regio ooit nog eens op ëén lijn komen en zij denkt dat dit eerder
27 februari 1986