1
ilke 7. De dlrekteur van de Provinciale Planoloqische Dlenst.
Door deze Instantle is bij brief van 14 augustus 1985 als volgt gereageerd:
Met uw voornemen is een groot aantal bestenimingsplannen de vestiging van A-
I. inrichtingen uit te sluiten kan ik instemnien. Hoewel in het algeineen niet te
snel tot uitsluiting van A-inrichtingen moet worden overgegaan, komen naar
mijn mening in uw gemeente inderdaad geen geschikte lokaties voor om A-
n inrichtingen te vestigen.
Het ontwerp-besluit geeft mij dan ook geen aanleiding tot het maken van
ge opmerkingen behoudens het feit dat het aanbeveling verdient dat de Provin-
gens clale Economische-Technologische Dienst voor Noord-Holland in deze eveneens
gs- in het vooroverleg wordt betrokken.
Van deze opmerking is nota genomen. De Provinciale Economische-Technologische
Dienst is in het vooroverleg betrokken.
ile 17. Rijksconsulent voor llandel, Ambacht en Diensten in Noord-Holland
Door deze instantie is bij brief van 12 juli 1985 als volgt gereageerd:
Ik deel u mee dat het ontwerp-besluit mij als zodanig geen aanleiding geeft
tot het maken van opmerkingen.
Wel merk ik nog op dat, voorzover ik kan beoordelen, het besluit betrekking
zal hebben op alle bestemmingsplannen welke vigerend zijn dan wel in proce-
dure. Het lijkt mij niet nodig het besluit ook van toepassing te brengen
op bestemmingsplannen waarin geen bedrijfsbestemniing is opgenomen.
Het ontwerp-besluit is een aanvulling op de vigereride bestenyningsplannen, di
A-1nrichtingen niet expliciet uitsluiten. Hoewel niet in alle plannen een
bedrijfsbestemming is opgenomen is het, gelet op het doel van het besluit,
te weten: het expliciet uitsluiten van A-lnrichtingen 1n de gemeente, gewens
alle vigerende plannen onder het besluit te laten vallen. Hierdoor wordt op
eenvoudige, maar duidelijke wijze bepaald, dat A-inrichtingen niet zijn
toegestaan. j7
19.
