5e afd. 26 juni 1986 SUBSIDIEVERORDENING SOCIAAL-CULTUREEL WERK EN EMANCIPATIEWERK HOOFDSTUK I Begrippen. Artikel 1 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a. rijksbijdrageregeling: de rijksbijdrageregeling sociaal-cultureel werk en de tijdelijke rijksbijdrageregeling ter stimulering van emancipatiewerk; b. sociaal-culturele aktiviteiten: aktiviteiten, bedoeld in artikel 2 van de rijksbijdrageregeling sociaal-cultureel werk; c. emancipatie-aktiviteiten: aktiviteiten, bedoeld in artikel 2 van de tijdelijke rijksbijdrageregeling ter stimulering van emancipatie- werk d. sociaal-culturele werksoorten: 1. peuterspeelzaalwerk; 2. jeugd- en jongerenwerk; 3. club- en buurtwerk; 4. bejaardenwerkvoorzover dit niet ressorteert onder de rijks- bijdrageregeling gekoördineerd bejaardenwerk; 5. vormings- en ontwikkelingswerk voor volwassenen; 6. amateuristische kunstbeoefening; 7. kunstzinnige vorming; 8. opbouw- en aktiewerk; 9. emancipatiewerk; 10. overige werksoorten, welke als zodanig door de gemeenteraad worden aangewezen. e. programma: het programma, bedoeld in artikel 13 van de rijksbij- drageregeling sociaal-cultureel werk en in artikel 10 van de tijde- lijke rijksbijdrageregeling ter stimulering van emancipatiewerk; f. beroepskracht: degene, die op grond van een arbeidsovereenkomst dan wel als ambtenaar, een funktie uitoefent in dienst van een or- ganisatie; g. vakkracht: degene, die op grond van een overeenkomst tot het ver- richten van enkele diensten een funktie uitoefent ten behoeve van een organisatie; h. investeringssubsidie: het subsidie, bedoeld in het derde lid onder b van artikel 15 van de algemene subsidieverordening specifiek wel- zijn. H00FDSTUK II. Reikwijdte en aard van de verordening. Artikel 2 1. Deze verordening is van toepassing op alle door de gemeente gesubsidi- eerde sociaal-culturele aktiviteiten en emancipatie-aktiviteiten. 2. De algemene subsidieverordening specifiek welzijn is van toepassing op alle door de gemeente gesubsidieerde sociaal-culturele aktiviteiten en emancipatie-aktiviteitenvoorzover daarvan in deze verordening niet wordt afgeweken. 3. Deze verordening is niet van toepassing op sociaal-culturele aktivi- teiten voor bejaarden, indien en voor zover dit werk door of via het gekoördineerd bejaardenwerk wordt gefinancierd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1986 | | pagina 132