Overigens is ook de huidige regeling wel breder toegepast. Voorts betekent
het opnemen in deze verordening van investeringssubsidie, dat een meerja-
renraming van investeringen mogelijk wordt.
Artikel 18 en 19
Artikel 20
Door de koppeling te leggen met het tweede lid van artikel 4 wordt het duide-
lijk, dat het in casu om club- en buurthuizen gaat.
Vor die organisaties wordt het gewenst geacht, dat zij het gehele jaar, met
uitzondering van ten hoogste 4 weken, aktiviteiten uitvoeren. Vakantie-akti-
viteiten, zomerkampen etc. worden tot de hier bedoelde aktiviteiten gerekend.
Artikel 21
De club- en buurthuizen dienen tenminste zes dagen van de week geopend te
zijn gedurende tenminste 40 uren per week, met uitzondering van de school-
vakantie in de zomer.
Dit voorschrift is gegeven, om een zo groot mogelijke deelname aan sociaal-
culturele aktiviteiten en een zo volledig mogelijke benutting van de akkom-
modatie te bevorderen.
Artikel 22
Gemiddeld dient een beroepskracht 55% van zijn arbeidstijd te besteden aan
het effektief werken met groepen vrijwilligers of deelnemers. Dit percentage
is gebaseerd op praktijkervaringen. Een leidinggevende beroepskracht zou
minder dan 55% van zijn arbeidstijd aan het effektief werken met groepen
vrijwilligers of deelnemers kunnen besteden. Een collega dient daar dan ech-
ter meer dan 55% aan te besteden. De organisatie bepaalt zelf welke indeling
zij terzake wenst.
Artikel 23
Er bestaat nog geen volledig inzicht in de vraag welke grenzen aan de groot-
te van groepen dienen te worden gesteld.
Groepen dienen tenminste uit 8 of 15 personen te bestaan. Voor de aktiviteit
"kookcursus" zal een aantal deelnemers tenminste 8 op zijn plaats zijn,
voor de aktiviteit "kreativiteitsmiddag" lijkt een aantal van 15 op zijn
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere voorwaarden te stellen be-
treffende de groepsgrootte.
Aangenomen mag worden, dat tijdens het komende programma-overleg ook over de
groepsgrootte zal worden gesproken. Aan de hand van de resultaten van die
diskussie kunnen burgemeester en wethouders bezien ofen zo ja, welke na-
dere voorwaarden zij wensen te stellen.
Artikel 24
In het algemeen kan gesteld worden, dat kinderen onder de leeftijd van 2J
jaar te jong zijn voor het bezoeken van een peuterspeelzaal
Kinderen van 4 jaar kunnen de kleuterschool bezoeken. In verband daarmede
is voorgeschrevendat een peuterspeelzaal toegankelijk dient te zijn voor
kinderen van 2J tot 4 jaar. De peuterspeelzaal zou er derhalve zelf toe
kunnen overgaan om ook met kinderen onder de 2J jaar te werken.
5e afd.
26 jurii 1986
89
P1aats- ln i