JÊÊk:*^KSKSÊf' /KTwÊKi
4e afd.
28 november 1986
136
geven voor de kosten, bedoeld in artikel 55 bis der Lager-onderwijs-
wet 1920, voor het lager onderwijs vooriopig vast te stellen op
f 334.272,44 f 17.734,58 352.007,02;
b. het bedrag, dat overeenkomstig het krachtens artikel 55 bis der wet
per leerling vastgestelde bedrag in verband met het gemiddelde aan-
tal leerlingen der scholen over 1984 beschikbaar is gesteld voor de
sub a bedoelde uitgaven voorlopig vast te stellen op 457 2/3 x
f 616,28 f 282.050,81;
chet verschil tussen de in sub a en b genoemde bedragen voorlopig vast
te stellen als volgt:
het bedrag sub a is f 69.956,21 meer dan het bedrag sub b.
HEEMSTEDE, 28 november 1986.
De raad voornoemd
De secretaris,
De voorzitter,
-3-