416
18 deceniber 1986
Mevrouw IJsselinulden sluit zich aao bij de niening dat er open over-
leg woet komen. Zij heeft gevraagd welke konsekwentïes de resultaten uit
dat onderzoek hebben ten aanzien van deze nota, met name of die ver-
werkt kunnen worden.
Inzake het overleg zegt spreekster niet alleen dit overleg te hebben
bedoeld, maar of, als er over peuterspeelzalen gesproken wordt, er dan
overleg zal zijn met al die stichtingen dle peuterspeelzalen hebben.
Uethouder mevrouw tloonnan antwoordt dat als het college spreekt over
subsidiëring van peuterspeelzalen en het al dan niet subsidiëren van
betaling volgens de CAO-welzijn, het dat doet met de stichting van de
peuterspeelzalen die gesubsidieerd worden. Zij sluit niet uit dat er
eens een overleg zal zijn met alle instellingen die zich bezighouden
met het hebben van peuterspeelzalen, maar het gaat nu ten principale
oiii de wijze van subsidiëren van CAO-lonen, en dat moet het college met
die stichtingen doen waar iiet hier over gaat. Inzake de mogelijkheid om
resultaten van een eventueel onderzoek te verwerken in de planning en
de planningssystematiek, zegt spreekster dat het nu gaat over het pro-
gramniä 1987 - voor 1987 heeft het ook geen effekt - maar dat voor het
progranma 1988, waar men al in het voorjaar mee bezig zal zijn, men
wel degelijk, want dat is juist de bedoeling van punt 3 in de beslissing
zoals die voorligt, zowel in het kader van de systematiek die gevoerd
is als in de resultaten die uit die systematiek naar voren komen, aan-
passingen kan plegen.
Wat betreft de vraag van de heer Van 't Hof over een eventuele herbe-
zinning op nomiering in 1987, zegt spreekster dat uit de stukken blijkt
dat het college Is gekomen met een heel nieuw systeew van planning en
het jaar 1987 als een soort overgangsjaar ziet, waar men van vergïs-
singen misschien leert, waar men zich ook herbezint of wat aien had
gedacht ook werkelijk zo werkt. Zij denkt dat eerst geprobeerd moet
worden daannee aan de slag te gaan. Als in een vroeg stadium blijkt dat
er onoverkomelijke problemen zljn dan is dat een goede reden voor over-
leg. Evaiueren kan men pas als het ongeveer zijn vorw heeft gekregen.
Zij kan daarom nu niet zeggen wanneer er een totaal-evaluatie zal zijn.
Zij zegt we) toe dat ais er aanleiding voor zal zijn het coilege daar
zeker op terug zal komen, omdat iets misschien niet heiemaai naar ver-
wachting loopt.
Inzake de kwestie van het overteg met de peuterspeeizalen over de in-
voering van de CAO-welzijn, hebben de frakties gezegd dat men de resui-
taien van het overleg afwacht. Daaruit blijken bedenkingen tegen de
randvoorwaarden. Deze voorwaarden, zoals ze nu geformuleerd zijn, geven
een indikatie van het bedrag dat gepaard gaat met zo'n invoering. Zouden
er andere funktieniveaus gehanteerd worden of andere urenverdeiIngen
dan gaat het over bedragen van tienduizenden guidens. Maar zij vindt
het goed dat dit soort konsekwenties ook op papier op tafe) komen, zodat
mcn kan zien wal de effekten zijn van veranderende kriteria. Voor het
college zijn de randvoorwaarden zoals ze nu op tafel zijn gelegd uit-
gangspunt voor het uverleg, maar het zal zcker andere aspekten meeneuien
en ook op relatief sneile termijn terugkomen als het gaat om de totaai-
situatie en za) ook de konsekwenties aangeven van eventuele andere
opties.