8
29 januari 1987
deze is ingediend moet worden ondersteund. Het is geen moment om daar
over door te praten, want men zou de zaak uitvoerig kunnen analyseren
van wat er nu precies aan de hand is, wat er wel en wat er niet op de
kaart staat, of het rijk iets wel of niet za) doen enzovoort. Het moment
is daarvoor niet rijp; dit is het moment waarop Heemstede unaniem blijk
zal moeten geven van haar grote zorg met betrekking tot deze materie en
van haar grote zorg over de wijze waarop met de specifiek Heemsteedse
belangen is omgegaan, en dan past het niet om op elk woord van de motie
afzonderlijk te letten. Spreker kan in dat verband meedelen dat het
college unaniem besloten heeft achter deze motie te gaan staan.
De voorzitter merkt op dat hem is gevraagd hoe hij de procedure
vindt die nu voorligt, nu de staten van Noord-Holland op het aller-
iaatste moment zijn afgeweken van een konkordaat dat gesloten is onder
leiding van het provinciaal bestuur van Noord-Hoiland, waar provincie
en alle betrokken gemeenten uit de beide provincies bij betrokken waren.
De staten hebben juridisch het volste recht om een standpunt in te nemen,
maar spreker vindt het hoogst betreurenswaardig, in de allereerste plaats
voor de burger's maar ook voor degenen die destijds bij dat akkoord zijn
betrokken, dat er zo'n grote mate van onduidelijkheid is ontstaan, omdat
de indruk gevestigd wordt dat hier de beslissingen vallen; de besiis-
singen vallen niet in de staten van Noord-Holland, de beslissingen
vallen nog minder in de gemeenteraden. De uitvoerige manier waarop alle
gekozen organen in de wijde omgeving zich de laatste jaren met deze
materie hebben bezig gehouden is een goed teken geweest dat de zaak
behoorlijk leefde in alle gemeenten. Aan de andere kant is misschien
niet altijd even juist het besef aanwezig geweest dat de invloed van
de gemeente maar uiterst marginaal is. Juist omdat zij maar een heel
kleine invloed heeft, en waar deelbelangetjes ongelooflijk snel naar
voren komen, is het bereiken van een overeenkomst door die verschil-
lende gemeenten en door twee provincies in sprekers beleving een zeer
belangrijk moment geweest. Daar was het nu eindeiijk eens zover dat
alle betrokkenen gezegd hebben: zo zou het kunnen. Als de provincie
er dan op een onduidelijke wijze van afwijkt dan moet men inkaiku-
leren dat grote aantallen mensen zich grotendeels belazerd voelen, en
dat gevoel van grotelijks belazerd zijn is verschrikkelijk moeilijk
weg te nemen. Dat is sprekers persoonlijke mening.
Hevrouw Beets heeft weinig toe te voegen aan de duidelijke uitspraak
van het college. Zij is blij met de unanieme steun voor de motie. ïn
de richting van de heer Van der Hulst merkt zij nog op, dat als deze
zegt dat er geen sprake is geweest van het schrappen van de N22, zij
het daar volstrekt niet mee eens is. De N22 als verbinding tussen beide
rijkswegen is geschrapt en dan kan inen zeggen dat er nog een stukje
staat, maar dat is een stukje dat begint en eindigt in een wei. Het
koncept dat er lag is verdwenen en dan kari men haar werkeiijk van niets
anders overtuigen.
Verder heeft zij er geen behoefte aan om hier alle details van de
diverse varianten en mogelijkheden nog te bespreken. Zij denkt dat die
diskussie uitvoerig aan de orde is geweest, zowel hier in de verkeers-
commissie als in het gewest. Daaruit is een gezamenlijk Heemsteeds
standpunt gekomen en de konklusie is nu gewoon dat het Heemsteeds
standpunt niet is gehonoreerd.