53
26 februari 1987
van een ambtelijke struktuur geen kleinigheid is. Een dergelijke reorga-
nisatie gaat iedereen aan en ook iedereen moet ook de mogelijkheid en de
motivatie hebben mee te denken en mee te praten over nieuw te ontwikke-
len strukturen, anders mislukt een reorganisatie bij voorbaat, aldus de
strekking van zijn woorden toen. Vandaag, 5 maanden later, kan men kon-
stateren dat de papierberg gestaag verder is gegroeid: verslagen van
18 werkgroepenreakties van de m.z.c.'s en g.o.info-bulletinsnotu-
len van vergaderingen, enzovoort. Kortoin in de betrekkelijk korte tijd
is heel veel werk verricht.
Ilierop doelde spreker zojuist bij het noemen van het woord "motivatie".
De inzet en de betrokkenheid van velen heeft ertoe geleid dat men nu is
aangekomen bij datgene wat nu voorligt, namelijk het voorstel aan de
raad om een verordening op de organisatie en de werkwijze van het amhte-
lijk apparaat goed te keuren. Een verordening van 90 artikelen en 2 bij-
iagen - snel rekenend kwam spreker op bijna 1| artikel per werkdag -
waarin men bij de aanhef kan lezen dat: "het gewenst is de organîsatie-
struktuur en de werkwijze van het ambtelijk apparaat van de gemeente zo-
danig aan te passen en in te richten dat de doelstellingen van de gemeen-
te op de meest doelmatige en efficiënte wijze kunnen worden gerea1iseerd.
Hie zou dat nu niet willen? Spreker verzoekt hem de link in dit verband
naar het onderwijs te vergeven, want ook in deze sektor is reorganisatie
rnet vreemd. Op 24 januari van dit jaar sprak een onderwijssocioloog de
volgende woorden: "Het is zeer moeilijk de gevolgen van bepaalde reorga-
nisaties te voorspellen, met name omdat het gedrag van mensen die gevol-
gen teniet kan doen en zelfs in hun tegendeel kan doen omslaan."
Met andere woorden: het blijft de mens binnen een organisatie die de wens
moet vertalen naar de realiteit en menselijk gedrag is moeilijk te voor-
spellen". Hier wil spreker weer namens zijn fraktie de inhoud van het
woord "motivatie" noemen. Ma het goedkeuren van deze verordening staat
men voor de moeilijke taak van het inpassen en plaatsen van medewerkers
in de nieuwe organisatie op basis van het inpassings- en plaatsingsplan.
De reeds door het college van een aantal funkties gemaakte funktiepro-
fielen kunnen een belangrijke rol meespelen.
ûok met betrekking tot de huisvesting zullen bestaande knelpunten moe-
ten worden opgelost, echter binnen de kontext van het gegeven van twee
gemeeritelijke gebouwen. Men komt in een belangrijke fase van de reorga-
nisatie waarin vele knelpunten nog opgelost zullen moeten worden, maar
ook mogelijke hobbels zullen moeten worden overwonnen. Na alles wat tot
op dit moment reeds gerealiseerd is, ziet sprekers fraktie met vertrou-
wen de toekomst tegemoet. Zij gelooft niet dat het gedrag van de mensen
de gevolgen van de reorganisatie teniet zal doen, zoals eerder genoemd
is door de socioloog. Stapsgewijs en in prima sferen zijn de eerste stap-
pen reeds gezet en mede door de motivatie van het personeelde positie-
ve opstel1ing van de medezeggenschapsraden en het g.o., de goede in-
spraakmogel ijkheden en de betrokkenheid van allen ziet zij de implemen-
tatie positief tegemoet, echter rnet die kanttekening, dat men niet moet
schromen om eerder genomen besluiten of standpunten aan te passen of
misschien soms zelfs wat terug te draaien als het de reorganisatie een
betere invulling kan gaan geven. Zij heeft waardering voor de werkwijze
van velen die bij deze reorganisatie betrokken zijn geweest en gaat dan
o°k akkoord met het voorstel. Zij vindt dat niet alleen omdat de nieuwe
organisatie - daarbij doelt spreker op de ontwerp-organisatieverorde-
ning, dat een goed en gedegen stuk werk is waarmee gewerkt moet kunnen
worden - efficiënter zai gaan werken en een betere budgetbewaking moge-