7 niei 1987 104
Spreker wil daarbij aansluiten bij twee vragen die in de commissie-
vergadering zijn gesteld:
wat gaat er inet dit kruispunt gebeuren; het wordt nog onveiliger
na de eerste fase, en wat gebeurt er met het inhalen aan de oost-
kant van de Glipper Dreef als men de Belle van Zuylenlaan voorbij
is. Er is geen inhaalverbod. Als straks het fietsverkeer van dit
gedeelte verdwenen is, krijgt het autoverkeer op dit gedeelte van
de weg meer ruiinte, doch aan het eind, vlakbij de brug naar de Bel-
le van Zuylenlaan, wordt het fietsverkeer weer op de weg geleid,
zodat daar een gevaarlijke situatie ontstaat.
Dat de verlichting verbeterd wordt vindt zijn fraktie uitstekend.
De inspraak is zoveel mogelijk gehonoreerd, de overlast voor de
buurt zoveel mogelijk geëlimineerd. Spreker betreurt dat de hekken
daar niet hoger kunnen. Anderszijds staat bij de Oase, de ingang
van de waterleidingduinen, een hek van 1.20 m. en een prachtige
groenstrook waardoor het onmogelijk is in die tuin te kijken. De
verbrede stoepen zijn genoemd, de groensituatiedie aansluit bij
Groenendaal, en de Eikenlaan. Zijn fraktie vindt het een goed voor-
stel
Wethouder Baar is blij met de instemming die met dit plan be-
toond is. 0p de vraag van mevrouw IJsselmuiden of het groen laag
kan worden gehouden, zegt de spreker dat het college niet uit is
op het scheppen van hoog oprijzend groen. Het moet nog eens nader
worden bekeken, waarbij de wens van mevrouw IJsselmuiden zal wor-
den meegenomen. Verder ligt het in de bedoeling om het kruispunt
bij de Belle van Zuylenlaan met deze rekonstruktie mee te nemen.
De mogelijkheid is watafhankelijk van de vraag of er met het pro-
vinciaal waterleidingbedrijf tot overeenstenming kan worden gekomen.
Ilet plan voorziet in een geasfalteerde weg, maar er liggen wat 1 ei-
dingen in die weg en dat speelt ook een rol bij dat kruispunt. In
ieder geval zal worden getracht dat overleg zo snel mogelijk af te
ronden en als het even kan wil het college de rekonstruktie van het
kruispunt nu ook ineenemen, maar spreker kan niet beloven dat dit
inderdaad lukt. Als het niet lukt dan zijn er twee mogelijkheden:
öf het gebeurt zo snel mogelijk daarna, maar dan wordt het een op
zichzelf staande klus, 6f het wordt meegenomen met de eigenlijke
rekonstruktie van de weg. Van die twee mogelijkheden ligt de laat-
ste het meest voor de hand.
De vraag van de heer Boonstra of er op het oostelijk deel van de weg
te zijner tijd een inhaalverbod zou moeten worden ingesteld, behoeft
vandaag nog niet beantwoord te worden. Daar kan nog eens rustig naar
gekeken worden. Het gaat uiteraard pas een rol spelen als de weg
zelf zal worden gerekonstrueerd; dan zullen ook de verkeersmaatre-
gelen op die weg aan de orde komen. 0p dit moment is ook niet zeker
of een inhaalverbod wel nodig is, omdat de feitelijke breedte van
de weg zodanig zal zijn dat inhalen niet mogelijk is, en als men
bovendien verplicht is daar 50 km te rijden dan zal een goede si-
tuatie bereikt zijn. Maar spreker wil dip vraag liever beantwour-
den op het moment van de definitieve rekonstruktie van de weg.
De heer Boonstra heeft ook aangegeven dat het fietsverkeer aan
de oostelijke kant van de weg verdwijnt, waardoor de mogelijkheid
voor het autoverkeer toeneemt om daar te passeren. Op het laatste
gedeelte van de weg komt het fietspad weer op de weg; daar' is thans
geen inhaalverbod. Daar vraagt spreker extra aandacht voor.
Wethouder Baar zegt dat graag toe, want hij begrijpt dat de heer
Boonstra ook al doelt op de situatie nadat het fietspad is aange-
legd. Dat betekent dat het college er op korte termijn tocti nog
eens naar zal kijken.