4 juni 1987 134 Datzelfde geldt voor het g.t.b.-gebouw, dat ook ouder is dan 10 jaar. Het is dus efficiënter om in ëén keer tegelijk deze onder- houdsvoorzieningen te treffen, waaronder ook valt het schilder- werk en het aanpassen van beschadigde plafonds. Inzake de plaats van de sektor wonen denkt spreker dat alle sek- toren belangrijke verbindingen met elkaar hebben; wonen en ge- meentewerken hebben die zeer nadrukkelijk. Ideaal is natuurlijk als men bij elkaar in êën groot gebouw zit, maar dat heeft de gemeente niet en het is geen verantwoorde investering om die stap thans te nemen. Tot die konklusie is het college gekomen en dat betekent dat het ook geen voorstellen in die richting doet en dat het die de eerstkomende 5 jaar ook niet zal doen. Of dat de eerstkomende 10 jaar zal worden kan zij niet beloven; 5 jaar is net te overzien en het kan best langer niet nodig zijn om grote investeringen te doen aan de huisvesting van de ambtelijke orga- nisatie, maar men weet niet wat voor externe faktoren er kunnen optreden die ertoe leiden dat men met een vergroting of aanzien- lijke verkleining van de ambtelijke organisatie te maken krijgt, waardoor verandering in de gebouwen toch weer wenselijk wordt. Het zou op dat moment een heel zorgvuldige afweging vragen of die investeringen opwegen tegen het rendement dat men ermee wil be- reiken. Het college heeft in ieder geval goede nota genomen van de opmerkingen in deze. Uit de zin in het voorsteldat niet eerder een terugkoppelling naar de medewerkers had plaatsgevonden ten aanzien van de inde- 1ingstekeningen, is gekonkludeerd dat dit ook te laat zou zijn gebeurd. Spreekster weet niet of die konklusie helemaal terecht is. Alle medewerkers, in de zin van alle afdelingschefs of die medewerkers waarvoor een bepaalde ruimtebehoefte geldt, zijn in eerste instantie benaderd met relevante vragen ter inventarisatie. Aan de hand van die inventarisatie is door een extern adviseur een plan gemaakt. Dat plan is niet teruggekoppeld maar is naar het college gegaan en vervolgens weer naar het personeel. Daarop is vervolgens een inspraakronde gevolgd. Alle opmerkingen die daaruit zijn voortgekomen zijn in de uiteindelijke plannen ver- werkt. Spreekster denkt niet dat men kan zeggen dat het personeel niet in een vroegtijdig stadium is ingeschakeld. Het is begonnen met de inventarisatie. Misschien was een tussenstap beter ge- weestin ieder geval was dat iets dat men zich voorgenomen had maar waar geen uitvoering aan is gegeven, doch zij meent dat het uiteindelijke resultaat grotendeels te danken is geweest aan de inspraakresultaten die gekomen zijn met name vanuit het perso- neelen dat die ertoe geleid hebben dat er een plan tot stand is gekomen waar men zich in zijn algemeenheid in kan vinden. Dan moet men zich ook realiseren dat men niet iedere wens kan ver- vullen en dat er op onderdelen wensen overblijven, maar die wegen toch niet zo zwaar dat men daardoor grootscheepse investe- ringen moet overwegen om de totale oppervlakte te vergroten. Het blijkt dat de afdelingen nu op een fatsoenlijke manier in beide gebouwen passen en dat er een behoorlijke werksituatie gecreëerd iszodat aan een groot aantal probleempunten - dat er in het verleden en in de huidige situatie heel nadrukkelijk is; bijvoor- beeld een tekort aan spreekkamers voor kliënten van de sociale dienst - nu tegemoet gekomen is.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1987 | | pagina 11