167 25 juni 1987 De voorzitter: "Mevrouw Karssen. U heeft het zelf gezegd en ik vond het leuk dat ik dat ook de kern vond, waar heeft nu mevrouw Karssen in uitgeblonken? Toen dacht ik onmiddellijk aan de wat meer emancipatore zaken. Niet dat u daar zo vaak het woord over gevoerd heeft. Ik herinner me een debat met de officier van justitie ten aanzien van het beleidsplan, waar- bij u enkele markante opmerkingen plaatste. Hoewel u een gematigde ver- schijning bent in de wijze waarop u zich presenteert, heeft u toch heel bewust, ook bijvoorbeeld in de wijze waarop u met uw eigen naam omging hoewel u getrouwd bent, de eigenheid van de positie van de vrouw willen aangeven. Ik denk dat dat voor u een belangrijk element is in uw funk- tioneren. U heeft in de pers gezegd dat u dat het leukste vond om te doen. Dat heeft u op een heel goede manier uitgedragen, want het is wel eens het moeilijkste van de emancipatorische strijd, dat de accenten wel eens net zo zijn dat het effekt over zijn doel heenschiet. U bent een voortreffelijk vertegenwoordigster van de zaken waarvoor u strijdt. Daarnaast is het opvallend, daarom vinden we uw vertrek ook een groot gemis hoewel u maar 5 jaar in de raad heeft gefunktioneerd, hetgeen toch een ruime tijd is om te beoordelen hoe iemand het doet, de zeer grote gedegenheid waarmee u de zaken bracht. In zowel uw voordracht als in de grondigheid van de zaken bleek altijd dat u precies wist waar u over sprak. U had een in het C.D.A. nog wel als traditie aanwezige edukatieve wijze van brengen. Dat is in de Nederlandse politiek een oude traditie; van de onderwijzers en de dominees heeft het C.D.A. het in het verleden moeten hebben. Die dominees en onderwijzers zijn verdwenen, maar iets van het edukatieve is blijven bestaan. Ik heb altijd gedacht dat u in het onderwijs werkzaam bent geweest, maar het is vaak verrassend om zelfs als insider een bena- dering gepresenteerd te krijgen die heel gemakkelijk overkomt. Dat is een grote gave als men dat bezit en als men dat in de politiek bezit dan is dat belangrijk, vooral ook ten opzichte van de collega's. We horen elkaar regelmatig, we horen elkaar praten in de commissie en dan zeggen we: dat verhaal kennen we welAls men er dan toch in kan slagen van de cotlega's de aandacht te trekken - een verschijnsel dat men in de advocatuur ook heeft - dan is dat een gave die u ook bezit en daar heeft u op een voortreffelijke wijze gebruik van gemaakt. Dat zullen we heel erg missen. U heeft ook in een groot aantal commissies gezeten: milieu en volksgezond- heid, welzijn en maatschappelijke zorg. U behoort tot de kleine groep mensen die het welzijn in de hand hebben. Er zijn zo van die vakken die specialistenwerk betreffen, daar hoort het welzijn speciaal bij. Het zal voor de fraktie een hele opgaaf zijn om dat weer op te pikken, overigens met alle referenties tot de blijvers. U was ook plaatsvervan- gend lid van de verkeerscommissie en van de commissie voor het onderwijs. U had zitting in de Kennemerraad. Eergisteren heeft u ook in die funktie afscheid genomen. In kombinatie n«t het raadslidmaatschap is dit zeer in- teressants en regionaal belangrijk en lang niet altijd gemakkelijk. Planvoorbereiding specifiek welzijn en personeel en organisatie. Dat laatste wil ik apart vermelden omdat u zich met het proces van reor- ganisatie nogal nauwkeurig en kritisch heeft willen bemoeien. Dat is al- leen maar een verdieping geweest van de beraadslaging en een zich meer realiseren van de zaken waar het om gaat. Ik herinner me een vergadering vorig jaar september, waarin u een belangrijke rol heeft gespeeld, want u was niet alleen in staat de zaak goed over te brengen, maar ook was u in staat de zaak voor een belangrijk gedeelte mede te bepalen en een rol te spelen in het emotionele proces. Ook wat dat betreft zijn de merisen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1987 | | pagina 12