igi 27 augustus 1987
18 jaar is er een bedrijf geweest dat eigenlijk niet ter plekke had kun-
nen zijn. Het is merkwaardig dat de bevolking niet gereageerd heeft op
die situatie en pas in 1982 reageert. Bij de behandeling van deze zaak
kwam dan ook het probleem naar voren of men een bedrijf dat 18 jaar ter
plekke is al dan niet gaat sanctioneren. Dat is een moeilijkheid waar-
van zijn fraktie vindt dat men dan eigenlijk op juridisch terrein bezig
is Nu is er een mogelijkheid tot bedrijfsuitoefening. Als het bedrijf
wegvalt dan zouden daar weer de stal1ingsgelegenheden en woningen ge-
creëerd kunnen worden; de situatie van 1956 zou zijn gebleven. Dat brengt
in wezen nu een afweging mee van: als men nee zegt tegen het bedrijf gaat
men dan met de bevolking mee waardoor men iets onrechtvaardigs doet ten
opzichte van het bedrijf, of het omgekeerde: zegt men ja tegen het be-
drijf, doet men dan iets onrechtmatigs ten opzichte van de bevolkmg.
Sprekers fraktie heeft de keuze toch laten gaan overeenkomstig het voor-
stel van het college; zij gaat met het college mee omdat zij het pro-
bleem ziet dat dit bedrijf 18 jaar ter plekke geweest îs zonder dat daar
procedures geweest zijn en dat het nu erg moeilijk zal zijn om een ande-
re locatie te vinden. Zij vindt wel dat zo'n situatie eigenlijk met zou
moeten voorkomen. Ten aanzien van de mensen die ingesproken hebben ten
opzichte van dit punt, geeft zij weer dat zij haar standpunt delicaat
vindt, maar dat er sprake is van een beroep op de gemeente, vervolgens
op de provincie, G.S. en Kroon, dus dat datgene wat er în 1956 met ge-
beurd is nu kan gebeuren. Zijn fraktie vindt zich dus în het standpunt
van het college.
De heer De Bruijn deelt mede dat de C.D.A.-fraktie kan instemmen met
het bestemmingsplan Schilderswijk. Wat betreft het bedrijfsterrein aan
de Pieter de Hooghstraat gaat zij akkoord met de wijzigingsbevoegdheid
zoals die in artikel 8, lid 7, is opgenomen, dus eventueel bouw van ga-
raqeboxen en maximaal drie woningen.
Inzake het bestaande garagebedrijf spreekt de heer Boonstra van 18 jaar.
Spreker leest in de stukken: sinds 1964, dus dat is 23 jaar.
De heer Boonstra: "1964 - 1982, toen startte de hinderwetprocedure
dus 18 jaar1^
De heer De Bruijn merkt op dat het bestaande garagebedrijf niet of
nauwelijks kan worden uitgebreid volgens het plan, zodat, indlen dat be_
driif zich houdt aan de geldende hinderwetvergunmng, door de bestem-
ming zoals die nu voor het gehele terrein geregeld wordt.de eventuele
hinder voor de omwonenden tot een minimum beperkt zal blijven. in dat
opzicht doet zijn fraktie dan ook een dringend beroep op het desbetret-
Dan^is^er^nog de kwestie van de drie horecabedrijven in de Jan van Goyen-
straat. Zijn fraktie heeft veel begrip voor de bezwaren van de diverse
omwonenden. Drie horecabedrijven pal naast elkaar kan veel overlast ge-
ven op het gebied van lawaai, zowel binnen de zaken als buiten op het
trottoir bij mooi weer. Verder is te denken aan de vele geparkeerde en
startende auto's met dichtklappende deuren, om ook het lawaai van brom-
en motorfietsen van de jongeren niet te vergeten. Twee van dergelijke
zaken bij elkaar lijkt de C.D.A.-fraktie voldoende
Het wegbestemmen is een moeilijke en wellicht kostbare zaak, daar heb-
ben de vorige sprekers ook al op gewezen. Daarom gaat zijn fraktie gaar-
ne akkoord met de wijzigingen zoals die aan de leden van de commissie
ruimtelijke ordening bij brief van 21 augustus 1987 zijn gesuggereerd