4e afd. 24 september 1987 108 ARTIKEL 3 HOOGTEMATEN 1. Tenzij in hoofdstuk II anders is voorgeschreven geeft het op de kaart achter een letter of lettercombinatie ingeschreven eerste arabische cijfer de maximaal toelaatbare goot- en boeiboordhoogte van gebouwen in meters aan, alsmede de maximale bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde. 2. Het op de kaart achter een letter of lettercombinatie ingeschreven tweede arabische cijfer geeft de maximaal toelaatbare bouwhoogte van gebouwen in meters aan. Deze mag slechts worden overschreden door schoorstenen, antennemasten en andere ondergeschikte bouwdelen, geen dakkapellen zijnde, welke ten hoogste 20% van de gevel- breedte en 5% van de oppervlakte van het gebouw mag bedra- gen. 3. Geen deel van het gebouw waarvan de maximaal toelaatbare goothoogte is bepaald mag uitsteken buiten de denkbeeldige vlakken, die de betreffende gevels snijden ter hoogte van de maximum goothoogte en terugvallen onder hoeken van 70 graden met de horizon. Voor de woningen in het zuidelijk deel waar een hogere nokhoogte is aangegeven, is deze bepaling slechts van toepassing op een gevel zodat de woningen gedeeltelijk plat kunnen worden afgedekt. Deze bepaling is niet van toepassing op schoorstenen, antennemasten, ondergeschikte bouwdelen, welke ten hoogste 20% van de gevelbreedte en 5% van de oppervlakte van het gebouw mag bedragen en dakkapellen. 4. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd tot het stellen van nadere eisen ten aanzien van de in lid 3 genoemde maximale hellingshoek indien zulks noodzakelijk is ter verkrijging van een zo goed mogelijke aansluiting bij bebouwing op belendende percelen met dien verstande dat: a. daardoor de gebruiksmogelijkheden van de te bouwen dakconstructie niet onevenredig wordt beperkt; b. de hellingshoek niet wordt teruggebracht tot minder dan 30 graden. - 38 -

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1987 | | pagina 64