fd. 24 september 1987 108 ARTIKEL 7 TUIN T 1. De op de kaart als zodanig aangegeven gronden zijn bestemd voor tuin bij de gebouwen op hetzelfde bouwperceel. 2. Op deze gronden zijn in verband met de in lid 1 bedoelde bestemming toelaatbaar: a. bergingen en serres; b. carports; cbouwwerken, geen gebouwen zijnde. d. tuinen, waaronder begrepen zijn verhardingen; 3. De bouwwerken mogen uitsluitend gebouwd worden met inachtneming van de aanduidingen op de kaart en de volgende bepalingen: a. op de gronden met de aanduiding onderdoorgang of overkapping' mogen de gronden tussen de woningen overdekt worden op een hoogte tussen 2.50 en 3.00 m; b. serres mogen uitsluitend gebouwd worden ter plaatse waar op de kaart de aanduiding serres toegestaan' is aangebracht; c. de bouwhoogte van serres mag niet hoger zijn dan de bovenkant van de vloer van de eerste verdieping; d. bergingen mogen ten hoogste 0,5 m uit de erfscheiding gebouwd worden en uitsluitend in het verlengde van de zijgevels; e. de bouwhoogte van de bergingen mag ten hoogste gelijk zijn aan de hoogte van de erfafscheiding die ter plaatse is toegestaan; f. de oppervlakte van de bergingen mag ten hoogste 4 m2 bedragen; g. carports mogen uitsluitend worden gebouwd op gronden met de aanduiding 'carports toegestaan'; h. de bouwhoogte van carports mag ten hoogste 3.00 m en de oppervlakte ten hoogste 15 m2 bedragen; i. de bouwhoogte van erfafscheidingen mag ten hoogste 1.20 m bedragen; erfafscheidingen achter de van de weg gekeerde gevel van een woning en in het verlengde van de woningscheidende wanden, alsmede in het verlengde van zijgevels mogen een hoogte hebben van 1,80 m over een maximale lengte van 2.50 m; j. de bouwhoogte van niet onder a, b, e, h of i van dit lid begrepen bouwwerken mag ten hoogste 2.50 m bedra- gen. - 43 -

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1987 | | pagina 69