24 september 1987
240
die vergaderingen konden niet lang duren want het avondeten wachtte.
Dus dat was wel een voordeel. Vanaf 1970 werden het uitsluitend avond-
vergaderingen omdat er teveel raadsleden waren die elders werkten en dat
teveel arbeidsuren zou kosten.
Het raadswerk vindt jaarlijks zijn hoogtepunt in het vaststellen van de
begroting in november. In mijn begintijd was dat een nogal op zichzelf
staand gebeuren. Als de begrotingsraad, toen nog in december, achter de
rug was kwam er toch een langere periode van een zekere rust. Met de mo-
derne vorm van besturen, de integrale beleidsplanning, is er nu sprake
van een continu proces. In januari gaat de raad zich alweer bezinnen op
nieuwe projekten. Dat continu proces is weliswaar een zwaardere belas-
ting voor de raad, maar een veel betrokkener vorm van besturen.
De wijzigingen in de vorm van besturen heeft nauwelijks invloed gehad
op de jaarlijks geproduceerde raadsvoorstellen. Dat heeft al die jaren
iets boven de 150 geschommeld, met een enkele keer een uitschieter.
Het aantal frakties daarentegen is drastisch verminderd. Dieptepunt was
ongetwijfeld de begrotingsvergadering van 14 december 1967. Toen werden
er liefst zes algemene beschouwingen gehouden. Nu met drie fraktievoor-
zitters hebben we al moeite om de vergadering vôör 1 uur af te ronden.
Er moet echter wel bijgezegd worden dat êên van de beschouwingen slechts
8 regels in de notulen beslaat, dus daar was nog wel door te komen.
Met onze drie frakties hebben we in Heemstede voor Nederland wel het ab-
solute minimum en dat acht ik voor een krachtig bestuur een heel goede
zaak. De raadsvergaderingen in Heemstede duren in het algemeen lang.
We hebben daar vanavond weer een voorbeeld van gezien, want in al mijn
optimisme had ik aan de kinderen gezegd: zorg maar dat je er om kwart
voor 9 bent want dan zal het wel ongeveer zover zijn. Dat was het dus
niet. Daar is in die 25 jaar nauwelijks verbetering in waar te nemen.
We kennen geen spreektijdbeperking en daardoor loopt het soms behoor-
lijk uit de hand. We hebben onze eigen vergadercultuur en voelen ons
daar toch wel bij. Toch heeft u in juni bij het afscheid van drie van
ons daar kritische kanttekeningen bij geplaatst. Het is voor mij moei-
lijk, zelfs na 25 jaar, aan te geven wat er moet veranderen. Dat komt
omdat je er teveel middenin staat en er teveel bij betrokken bent.
Ook weten we eigenlijk maar weinig hoe het er bij anderen toegaat.
Door mijn werk zie ik er wel eens iets van in Haarlem en dan denk ik
vaak: dat zou me niet zo liggen. Ruimte voor discussie is daar dikwijls
erg beperkt. Toevallig waren Ria IJsselmuiden en ik eind juni bij een
raadsvergadering in Köditz in het Frankenland. De stukken voor de raads-
leden bestonden slechts uit een uitnodiging en een agenda. De voorzitter
las telkens het voorstel voor, er volgde dan een weinig gestructureerde
discussie en bij handopsteken werd vervolgens gestemd. De bodes, met een
gezellige kop koffie met een koekje, ontbraken helemaal, want de raads-
leden zorgden bij toerbeurt voor een krat bier. De vergadering duurde
niet lang. Maar dat was het toch ook niet vonden we.
Over mijn raadswerk in de afgelopen 25 jaar wil ik graag in het kort
nog het volgende opmerken. In een dorp als Heemstede kan de invloed van
een raadslid wezenlijk en direct zijn. In raadsvoorstellen vindt je vaak
elementen van je inbreng herkenbaar terug. Dat stemt tot voldoening.
Toch zijn er in die 25 jaar ook zaken die ondanks je inzet niet tot stand
komen en dat stemt je treurig en geeft een gevoel van machteloosheid.
Ik wil er êén van noemen. Dat is de onmacht om te komen tot een sluitend
stelsel van rondwegen om de gruwel van ononderbroken verkeersstromen
door ons mooie dorp te verminderen. In de raad van 14 december 1962
werd door de heer Enschedé al opgemerkt dat hij zich geen illusies maak-