25 februari 1988 45 Sprekers fraktie erkent de noodzaak voor de gemeente dat ambtenaren over goed meubilair beschikken. Echter in een tijd waarin naar bezuinigingen voor de begroting wordt gezocht, moet met de nodige wijsheid de beste- ding van die 210.000,-- ter hand worden genomen. Spreker wil in dat verband de heer Borghouts in de raadsvergadering van 4 juni 1987 citeren. Deze waarschuwde daarvoor omdat er door sommigen graag tegen éénsoortig meubilair wordt aangekekeri. Wat vervangen moet worden, moet worden vervangen, maar ook niet meer, het hoeft niet onno- dig duur te zijn. Over de financiering van dit voorstel zegt spreker dat 155.000,-- uit de reserve "inrichting gebouwen" komt; 225.000,-- van deze reserve komt uit de hoge hoed. De wethouder financiën verblijde namelijk de com- missie financiën recent met de mededeling dat die 225.000,-- nog open- stond van de automatisering van de verbruiksadministratie VISA. Dat stond op de balans van 1985 en die reservering op die balans zou nu opeens niet meer nodig zijn. Hoe plezierig aan ééri kant dit soort verrassingen zijn, aan de andere kant had hij graag in een ander kader over dit soort ver- rassingen geïnformeerd willen worden. Een tweede opmerking van begrotingstechnische aard is deze dat ondanks de zorgvuldige projektenplanning er van tijd tot tijd onderzeeërs opdui- ken als deze. Met onderzeeërs bedoelt spreker projekten die ongepland plotseling opduiken en geen verder uitstel dulden. Spreker denkt dat de raad hier les uit moet trekken en als eens in de 15 jaar het meubilair vervangen dient te worden en dat schijnt dan zo ongeveer een gebruike- lijke termijn te zijn, dan vraagt hij of het dan geen aanbeveling ver- dient, zeker als men kijkt naar de hoogte van de bedragen die hiervoor noodzakelijk zijn, om een reservefonds aan te leggen, zodat toekomstige vernieuwing c.q. uitbreiding van meubilair uit zo'n fonds bestreden kun- nen worden. Onder de eerder genoemde voorwaarden gaat sprekers fraktie akkoord met het voorstel. Wethouder mevrouw Noorman antwoordt dat de P.H.-fraktie zich akkoord heeft verklaard met de investering en tegelijkertijd heeft aangegeven dat de spreekwoordelijke konijn uit de hoed hier misschien van toepas- sing zou zijn. Aangezien er, toen het ging om de reorganisatie zo'n lj 2 jaar geleden, een lijstje gemaakt is en bij de behandeling van het stappenplan al is aangegeven dat in het kader van de reorganisatie te zijner tijd ook aan het meubilair aandacht besteed zou moeten worden, denkt zij dat dat konijn misschien wat mistig was, dat de kleur nog niet duidelijk was, maar dat een ieder wist dat dat konijn er zat aan te ko- men. Alle woordvoerders hebben gepleit voor het planmatig behandelen van in- vesteringen als het gaat om meubilair. Spreekster denkt dat zij daar ge- lijk in hebben. De gemeente Heemstede heeft eigenlijk 15 jaar lang, sinds er bij de aanbouw van dit huis wat meubilair werd aangeschaft, daar niet veel meer aan gedaan dan, als er wel eens iemand bij kwam, of als een bureau echt van ellende in elkaar zakte, een nieuwe aanschaffen. Dat betekent dat er bijvoorbeeld niet één kantoor in dit huis is waar al- le bureaus hetzelfde zijn. Sterker nog, er zijn een aantal kantoren waar niet 1 bureau hetzelfde is. Spreekster illustreert dat met het feit dat een delegatie uit het personeel vorige week, op zoek naar de keuze van het meubilair, terecht kwam bij een fabriek waar een toonzaal aanwezig was en vol trots liet men daar de museumafdeling zien en zowaar: daar stonden een drietal bureaus die op dit moment nog in gebruik zijn bij de gemeente Heemstede. Spreekster hoopt dat men van haar wil aannemen dat

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1988 | | pagina 21