wo
26 mei 1988
48
E.e.a. is vastgelegd in een beslnit van de minister van verkeer en
waterstaat, waarin o.a. gesteld wordt dat de inrichting van de weg,
waar een maximum snelheid van 30 kmh wordt ingesteld, zodanig moet
zijn dat deze snelheid ook redelijkerwijs uit de omstandigheden voort-
vloeit.
Uit snelheidsmetingenwaarnemingen en klachten blijkt dat in de be-
staande situatie een deel van de automobi1isten harder rijdt dan 30 kmh.
Omdat er o.a. qua profiel niet veel verandert, zullen er dus aanvul-
lende snelheidsremmende maatregelen getroffen moeten worden.
In het voorliggende plan zijn de volgende maatregelen voorzien:
- Op de 6 in de wijk aanwezige kruispunten wordt de kruising als het ware
opgetild, waardoor er een verhoogd vlak ontstaat met een op- en afrit.
- Daar waar de lengte van een straatdeel tussen twee kruispunten te
lang wordt in vergelijking met het na te streven doel van een lagere
snelheid, zijn snelheidsremmende voorzieningen aanqebracht in de vorm
van een SVT-drempel, c.q. een plateau.
- Alle ingangen van de wijk worden voorzien van een inritconstructie
(Raadhuisstraat en Raadhuisplein) of van een plateau, c.q. drempel.
De bestrating van de snelheidsremmende voorzieningen voldoet aan de
eis van zichtbaarheid. In aansluiting op de Raadhuisstraat is gekozen
voor een verharding van gele klinkers.
De maatvoering van de bochten is afgestemd op de eis van berijdbaarheid
door, op de betreffende wijk afgestemd, "normaal" vrachtverkeer.
De openbare verlirhting wordt gehandhaafd, zij het. dat de plaats van de
lichtmasten verandert in verband met de qewijzigde inrichting.
- 3 -