26 tnei 1988
129
bezig is, geen mens in deze raad en daar buiten kan voorspellen hoe de
eerstkomende aanbesteding van dat projekt waar het nu om gaat, eruit
zal zien. Ook de lijn die men daaromtrent kent vanuit het recente ver-
leden geeft daaromtrent onvoldoende zekerheid, want ook al kan men zeggen
dat openbare aanbestedingen in het recente verleden redelijk gunstig zijn
uitgepakt, ze verschillen toch per gebied, en dat is te verklaren vanuit
de aktuele situatie die zich bij aanbesteding voordoet, van de werk-
honger die er dan is, enzovoort. Ze verschillen toch zodanig dat men
daaruit geen goede norm voor een nieuw deelgebied kan halen en daarom
blijft spreker op het standpunt staan dat men dat ook niet zou moeten
doen. Het hoeft ook niet omdat, zodra blijkt dat er voordelen ontstaan,
met name door een goede aanbesteding, het college die ook zo snel moge-
lijk zichtbaar zal maken in de begroting, en dan is de zaak weer rond.
Inzake de vraag van de heer Divendal over de normen, zegt spreker dat
het college een open beleid voert. Wat dat betreft is alles bespreek-
baar. Waar hij ernstig bezwaar tegen zou hebben is dat men bijvoor-
beeld in de commissie nog weer zaken moet overdoen die in feite niet
tot haar werkterrein behoren. Uiteraard hoort men te weten hoe de
zaken tot stand komen en als het daarom gaat kan men van spreker de
grootst mogelijke medewerking verwachten. Haar spreker heeft ook niet
zozeer uit de woorden van de heer Divendal opgemaakt dat hij langzamer-
hand gaat twijfelen aan die normen. Spreker zou er ook veel moeite mee
hebben als dat wel het geval was. Aan die normen valt niet te twijfelen
en daar wordt ook heel gewoon mee gewerkt, maar spreker wil niet in een
commissie even het werk nadoen dat bij het bedrijf behoort te gebeuren.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemmirig vastgesteld.
VIII Financierinq bouw 22 woninqwetwoninqen B1ekersvaartweq/Burqemeester
van Lennepweg
De heer Divendal merkt op dat zijn fraktie in de voorbereiding van dit
voorstel heeft gemerkt dat de financiering van de hele woningbouw een
steeds groter probleem wordt. Voor een belangrijk gedeelte ingegeven
door regelgeving vanuit het rijk, blijkt het heel moeilijk te zijn om
woningbouw te realiseren tegen betaalbare huren. Het zou er even naar
hebben uitgezien dat de woningen die men nu gaat bouwen, eenzelfde
soort woningen als die vorig jaar zijn gebouwd, een hogere huur zouden
hebben van bijna f 100,-- in de maand. Gelukkig is ook door de wethouder
van het begin af aan als uitgangspunt genomen dat dit een rare situatie
zou zijn, wellicht zelfs een onaanvaardbare situatie. Sprekers fraktie
vindt dat er ook goed gebruik is gemaakt van de beperkte mogelijkheden
die er zijn om het binnen de perken te houden. Bovendien is zij zeer
te spreken over het voorstelwaarbij de geineente zich nu vastlegt op
de maximale huur van die woningen zoals het er nu naar zou kunnen uit-
zien - 518,-- - en dat zij niet nu al daar wat ruimer mee omgaat.
Dat betekent dat ais de omstandigheden wijzigen, waardoor men toch ge-
dwongen zou zijn de woningen te bouwen met hogere huren, het voorstel
dan opnieuw naar de raad toekomt. Zijn fraktie wenst in ieder geval de
portefeui1lehouder en de ambtenaren sterkte bij de verdere uitvoering
hiervan.