wo 29 september 1988 101 zover één en ander noodzakelijk is; - in verband met het beheer gericht op de instandhouding van de landschappelijke of natuurwetenschappelijk waarden van de gronden, of in verband met de uitoefening van het bosbedrijf en éên en ander bovendien niet betreft afge- dankte of aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voor- werpen, stoffen of produkten; of - voor de uitoefening van het agrarisch bedrijf, indien en voorzover deze uitoefening reeds plaatsvond op het tijd- stip van inwerkingtreding van dit besluit en één en ander bovendien niet-afgedankte landbouwvruchten en produkten; 2. binnen de erven van bedrijfsgebouwen en woningen: het opslaan of deponeren buiten de gebouwen van één of meer aan hun gebruik onttrokken machines, voer- of vaar- tuigen, alsmede het opslaan van gerede of onklare machines, voer- of vaartuigen dan wel het aanleggen of inrichten van opslagplaatsen daarvoor; d. het aanleggen of inrichten van sport-, wedstrijd- of speel- terreinen, banen, kampeer- of caravanterreinen, dagcampings, lig- of speelweiden, zwemgelegenheden en baad- of speel- vijvers; e. het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse leidingen, konstructiesinstallaties of apparatuur, met uitzondering van erfscheidingen met een maximale hoogte van 75 cm; onder leidingen, konstructiesinstallaties of apparatuur worden mede begrepen recreatieve voorzieningen met uitzondering van ëénvoudige voorzieningen als een bank, afvalbak of wegwijzer; onder leidingen, konstructie, installaties en apparatuur worden niet begrepen voorzieningen, die nood- zakelijk zijn voor of verband houden met het beheer, ge- richt op de instandhouding van de landschappelijke of na- tuurwetenschappelijke waarde van de gronden, of noodzake- lijk zijn voor of verband houden met de uitoefening van het bosbedrijf, dan wel de uitoefening van het agrarisch bedrijf, - 3 -

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1988 | | pagina 59