wo
27 oktober 19ÖÖ
ARTIKEL 20 ALGEMENE GEBRUIKSBEPALING
1 Het is verboden de onbebouwde gronden of de bouwwerken binnen het plangebied
te gebruiken op een andere wijze of voor een ander doel dan blijkens de
bestemmingen en voorschriften kennelijk toeiaatbaar is of is aan te merken
als een normaal bestanddeel van dat kennelijk toelaatbare gebruik.
2. Ten aanzien van de onbebouwde gronden wordt onder verboden gebruik in ieder
geval verstaan:
ahet gebruiken of laten gebruiken van de gronden als opslagplaats voor bag
ger en grondspecie;
b. het gebruiken of laten gebruiken van de gronden als opslagplaats voor
vaten, kisten, al dan niet voor gebruik geschikte werktuigen en machines
of onderdelen daarvan, oude en nieuwe bouwmaterialenafval, puin, zand,
grind en brandstoffen;
chet gebruiken of laten gebruiken van de gronden als uitstallings- of op-
slagplaats voor al dan niet voor gebruik geschikte voer- en vaartuigen of
onderdelen daarvan;
dhet gebruiken of laten gebruiken van de gronden als uitstallings- of op-
slagplaats dan wel als standplaats voor caravans, woonwagens,
tenten en andere onderkomens;
e. het gebruiken of laten gebruiken vatj de gronden als vaste ligplaats voor
woonschepen,
tenzij het vormen van opslag betreft die noodzakelijk zijn ter realisering
van het ingevolge de bestemmingen toegelaten gebruik of die zijn aan te
merken als een normaal bestanddeel van dat toegelaten gebruik ofwel indien
het de plaatsing van één toercaravan betreft op de bij een woning behorende
grond.
3. Indien strikte toepassing van het verbod, vervat in lid 1, leidt tot niet door
dringende redenen te rechtvaardige beperkingen van het meest doelmatige ge-
gebrulk, verlenen burgemeester en wethouders vrijstelling van dat verbod.
A. Een vrijstelling als bedoeld in lid 3 wordt niet verleend, dan nadat de com-
missie voor ruimtelijke ordening en volkshuisvesting is gehoord en dan nadat
belanghebbenden gedurende 1A dagen gelegenheid is geboden om tegen het voor-
genomen andere gebruik schriftelijk bezwaren in te dienen. Van het voorge-
nomen andere gebruik en de mogelijkheid voor belanghebbenden, daartegen schrif-
telijk bezwaren in te dienen geven burgemeester en wethouders tevoren kennis
aan eigenaren en gebruikers van de aangrenzende gronden en bouwwerken en
openbare kennis in één of meer dag- of nieuwsbladen die in de gemeente worden
verspreid en op de gebruikelijke wijze.
- 34 -