24 november 1988 271 woners is openbaarheid en openheid van bestuur. Het klinkt vanzelfspre- kend maar is dat in de praktijk veelai niet. Natuurlijk, wij hebben onze regels en verordeningen en onze procedures. Die zijn noodzakelijk voor openheid van bestuur. Maar zij zijn niet vol- doende. Wat uiteindelijk telt is of het bestuur ruimte laat voor reële beTnvloe- ding vanuit de bevolking. Anders gezegd of het bestuur funktioneert van- uit het formele of feitelijke gelijk of vanuit de mogelijkheid van het wederzijds kunnen overtuigen. Niet vanuit ëén mogelijk voorstel maar van- uit meerdere mogelijke alternatieven. Nog anders gezegd, of inspraak ge- zien wordt als een te nemen hobbel in de besluitvormingstrein of een goed middel om de kwaliteit van de besluitvorming te verhogen. Voor ons is opvallend dat bij inwoners vaak het gevoel leeft dat beïn- vloeding geen zin heeft of toch niet effektief is. Mijn fraktie vindt dat een zorgelijke ontwikkeling. Er zijn uiteraard vele verklaringen voor mo- gelijk maar met het geven van die verklaringen is deze ontwikkeling niet weg. Mijn fraktie meent dat een bezinning op dit punt noodzakelijk is. Door een dergelijke bezinning kan het funktioneren van raad en college verbeteren en de verhouding tussen bestuur en inwoners in balans gehouden worden. Die bezinning kan mede geplaatst worden in een te houden diskus- sie over de bestuurlijke organisatie. Als aanzet daartoe heeft mijn frak- tie een aantal verbeteringssuggesties. 1. Er moet vanuit het college meer aandacht komen voor het tijdig beant- woorden van brieven van inwoners en instel1ingen. We krijgen daar nog steeds negatieve signalen over. Als om wat voor reden geen uitsluit- sel gegeven kan worden moet tenminste uitgelegd worden waarom dat niet kan en hoe lang het nog gaat duren. Het is een slecht uitgangspunt bij openheid als je als overheid niet netjes antwoord geeft. 2. De hiervoor genoemde ombudsfunktie moet ingesteld worden teneinde re- latief onafhankelijk van het bestuur klachten en bezwaren in het funk- tioneren beter te kunnen onderkennen. 3. De voorlichting aan de inwoners moet intensiever worden. Wat dit be- treft is het jammer dat ons voorstel daartoe niet voldoende werd on- dersteund door de andere frakties. Goede informatie is een noodzake- lijke voorwaarde voor een open bestuur. Door voorlichting kan ook dui- delijker gemaakt worden op welke punten inspraak wel degelijk effek- tief is of is geweest. 4. Het aantal besloten vergaderingen van raadscommissies kan worden te- ruggebracht. We moeten vooral eens nadenken over de best.uurlijke of politieke funktie van de vergaderingen die plaatsvinden voordat voor- nemens van het college voor inspraak aan de inwoners worden voorqe- legd. 5. De wijze van afweging van besluitvorming door de raad kan mogelijk verder worden verbeterd. Ondanks het streven van de beleidspïanning vliegen er besluiten tussen door waarbij de onderlinge afweging van besluiten soms wat in het gedrang komt. Voor mijn fraktie geldt hierbij bijvoorbeeld het zonder meer beschik- baar stellen van geld voor een geohydrologische kaart tegenover het niet beschikbaar stellen van geld voor een extra groep voor kinder- opvang. Een ander voorbeeld is dat bij de prioriteitsstel1ing door de frakties weinig belang werd gehecht aan het baggerplan en dat te- gelijk voor de komende jaren 400.000,-- voor uitvoering van dit plan wordt gereserveerd. Bpgrijpt u mij goed, het is met de besluitvorming en met de inspraak en het betrekken van burgers in Heemstede niet. uitgesproken slecht gesteld

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1988 | | pagina 25