299
24 november 1988
ij dus iets van beweging gaande. Het probleem daarmee is hetzelfde als
met het begrip spontaan. Als men tegen iemand zegt om nu eens spontaan
te ^dn kan hij het daarna niet meer zijn, want men heeft hem die
mogelijkheid ontnomen. Dat geldt ook voor verantwoordelijk: dat moet op-
komen en kan niet opgedrongen worden. En het kan zeker niet zo zijn dat
door maatregelen van de zijde van de overheid mensen gedwongen worden
in een situatie van verantwoordelijkheid te stappen, waarvan nog niet
duidelijk is of ze die wel aan kunnen, of aan willen, of willen aanvaar-
den. Voor wat betreft de punten die van de zijde van het college zijn
genoemd, denkt spreker dat de overheid de voorwaarden moet scheppen en
tegelijkertijd ook een vangnet moet zijn en zeker ook intiatieven moet
ontplooien. Wat dat betreft zou meer geld voor welzijnsvoorzieningen
zeer welkom zijn op het gebied voor specifieke groepen, of meer als al-
gemeenheid daar nog eens over na te denken. De opmerking van de C.D.A.-
fraktie dat beleid niets hoeft te kosten, vindt spreker wel erg optimis-
tisch; wanbeleid kost ook geld.
Inzake de financiën zegt spreker dat ridder, schipper, boer of rekenmees
ter, de heer Baar van vele markten thuis is. Hij bestuurt het schip van
de Heemsteedse finariciën. Spreker vindt dat schip nog wel zo stevig dat
het niet bij elke golf zal zinken. Hij vindt ook en dat in tegenstel1ing
tot het pessimistische geluid van de heer Bleekemolen, dat er een opgaan
de lijn is in de rekeningsresultaten van het afgelopen jaar.
De heer Bleekemolen: "Weer verkeerd geciteerd. Ik was realistisch,
niet pessimistisch."
De heer Van Schalkwijk zegt inzake de realistische opinerking van de
heer Bleekemolen dat waar in het verleden veel geld moest worden geput
uit reserves om rekeningtekorten te dekken, men nu feitelijk kan consta-
teren dat de hoeveelheid geld die daarvoor moet worden geput uit de re-
serves, steeds aan het afnemen is omdat de rekeningtekorten afnemen.
Door de beantwoording van de schipper is spreker niet overtuigd.
Spreker stelde aan het eind vari zijn beschouwingen dat als men als ge-
meente geld in de knip heeft, men dan uitermate voorzichtig moet zijn
met het vragen van extra belastingen van de burgers. Hij denkt dat die
ruimte er nog steeds is en dat, gesproken over bestemmingsreserves, er
natuurlijk 2 zaken zijn. De algemene reserve, daar is nog een beleids-
intentie voor, zou moeten dalen tot 300.000,--; dat is nog lang niet
bereikt. Daarnaast is er een meerjarenreserve voor het dekkingsplan
en dat is een bestemmingsreserve, die juist is bedoeld om dat soort re-
keningstekorten te dekken, maar ook om de extra afschrijvingen te bekos-
tigen en ook voor een mogelijk strukturele dekking vari het tekort op de
begroting. Wat dat betreft denkt hij dat het voorstel dat zijn fraktie
gedaan heeft om niet over te gaan tot een stijgende o.g.b. met 3% maar
om dat te beperken tot 1%, alleszins verantwoord is.
Wat betreft de opmerking over de zorgsector Wonen gelooft spreker niet
dat er een principieel verschil is tussen wat zijn fraktie zegt en wat
het college heeft gezegd, want ook het college accepteert een bepaald
financieel risico van f 30.000,--. Spreker schat dat dan anders in en
meent dat de fouten die de heer Baar heeft geconstateerd uit het verle-
den op eenzelfde wijze gecorrigeerd kunnen worden als het college dat
zelf doet voor 1988 in 1989 en wat dat betreft kan er in 1989 verder
gezien worden of dat noodzaakt tot bijstelling en dan gebaseerd op een
feitelijke capaciteitsplanning.