26 januari 1989 9 flrtikel 2 Geldnenier zal het bedrag van de lening atlossen in 20 jaren en wel in de .jaren 1990 tot en met 2009 250.000,-- per jaar. Oe aflossingstermijnen zullen worden voldaan op 6 januari van elk jaar. flrtikel 3 Op 6 januari 1999 zal de rentevoet van de lening als vernield in artikel 1, in onderling overleg tussen geldgever en geldnerner opnieuw worden vastgesteld. Het voorstel houdende de hoogte der nieuw te gelden rente- voet zal door geldgever tenminste twee en ten hoogste drie maanderi voorafgaande aan de bovenvermel de renteherzieriingsdatum/dataschrifte- lijk aan geldnemer worden toegezonden, als opening van het te voeren overleg. Indien partijen uiterlijk veertien kalenderdagen na de datum van ver- zerrding vari het als eerste verzonden voorstel geen volledige overeen- stemmirig hebben bereikt omtrent de hoogte vari de nieuw te gelden reiite- voet, zal in afwijkirig van het bepaalde in artikel 4 het restant der leensom met rente en kosten op de eerstvolgende aflossingsverschijndag voor het geheel 100 procent door de geldneiner worden afgelost. Partijen zullen worden geacht omtrent een voorstel van geldgever tot her zieriing van de rentevoet van de lening overeenstenuning te hebben be- reikt, indien geldnemer niet binnen bovenvermelde termijn van veertien dagen, na de datum van verzending vari dat voorstel aentoorit dat hij bij een andere financier eeri gel i jksoort ige lening als de onderhavige met dezelfde moda1iteitendoch teqen een lager effectief rendement van tenminste éëntiende procentpunt kan verkrijgeri. flrtikel 4 Algehele of gedeeltelijke vervroegde atlossing van de lening îs ge- durende de gehele lonptijd van de lening niet toegestaan. Artikel 5 Alle aan geldgever verschuldigde betalingeri zullen gesthieden op zijn kantoor te s-Gravenhage of bij een riader door qeldgever aan te wijzen betaaIkantoor. Ue betalingen zullen geschieden in Nederlands geld, zonder korting of schuldvergeIijking en zonder kosten voor geldqevei

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1989 | | pagina 33