60
30 maart 1989
Wethouder Baar deelt mede, dat het bekend is hoe de gemeenten in
deze regio in de regel met elkaar omgaan. Er is echt wel eens wat op
elkaar aan te merken en wat in elkaars richting te zeggen. Dat gebeurt
dan ook en daarvoor hebben we zo onze kanalen. Het onderwerp dat de
ieer Boonstra aansmjdt is in gewestelijk verband ook terdege aan de
de geweest Spreker is van oordeel dat het best de moeite waard kan
zijn om schriftelijk in de richting van Zandvoort te reageren en toch
nog eens de Heemsteedse visie uiteen te zetten. Spreker zegt toe dat
naar^te kfjken3^9 is om daar in een vol9ende vergadering eens
N-22
De heer Swinkels merkt op, dat een week geleden in het Leids
Dagblad een aankondiging verscheen, dat het overleg over de snelweq N-
weer hervat zou worden. Spreker heeft begrepen, dat er in het
voorjaar een inspraakronde zal zijn over de plannen van rijkswater-
staat en heeft ook gehoord dat er een gewesteiijk overleg geweest is.
Spreker vraagt hoe de stand van zaken is op dit moment en of de
gemeente Heemstede in de inspraakprocedure weer opnieuw zal benadruk-
dat er aan een aftakking ten zuiden van Vijfhuizen voorkeur wordt
gegeven.
t^thouder Baar deelt mede dat er overleg heeft plaatsgevonden.
Tijdens dat oyerleg is duidelijk geworden, dat met betrekking tot de
N-ZZ overeenstemming bestaat tussen alle betrokken overheden. De weq
zal worden aangelegd tussen de A9 en de A44. Het is bekend dat de
situatie van de provincie een bijzondere is, maar spreker heeft
tijdens dat overleg begrepen dat de provincie bereid is om naar
yermogen mee te werken teneinde met betrekking tot het tracé N-22
tussen A9 en A44 consensus te bereiken. Spreker vindt dit een goede
zaak. Bij die gelegenheid is ook door Rijkswaterstaat meegedeeld en
dat 1s wat de heer Swinkels uit de krant heeft opgepikt, dat de
plannen voor de N-22 in mei ter visie zullen worden geleqd. De
gemeente Heemstede zal bij die gelegenheid zeker acte de presence
geven.
In hoeverre bij die gelegenheid de kwestie van de aftakking van deze
weg richting Haarlem in het bijzonder te berde dient te worden
gebracht, is nog niet duidelijk. Daar zal de gemeente zich noq over
rooeten beraden. De N-22 als zodanig is, althans in de ogen van het
college, maar ook tot dusver door anderen erkend, een
rijksyerantwoordelijkhëid. Maar datzelfde kan niet worden gezegd van
aftakking.De aftakkingen zullen waarschijnlijk een provinciale
verantwoordelijkheid zijn. Dit onderwerp, waarover niet volstrekte
overeenstemming bestaat, zal uiteraard zeker in het overleg met de
provincie nader uitgediept moeten worden. Oe provincie heeft toegezegd
dat een tweetal aftakkingen en daarbij behoort dan ook het Heemsteedse
model, zeer serieus nader zal worden onderzocht op verkeerskundiqe,
planologische en financiële consequenties, teneinde het mogelijk te
maken dat er tenslotte toch een keus wordt gemaakt met betrekking tot
die aftakking. 3